Reactie vanuit een conferentie van diverse Haagse heren uit de Raad van State en de generaliteitskamer waarin verschillende notities staan over aspecten die met de Meierij van ’s-Hertogenbosch te maken hebben waarin genoemd worden: de rentmeester van de geestelijke goederen over kwartier Peelland m.b.t. 6 rekeningen en informatie over de inkomsten van het kapittel van Sint Oedenrode, van het Convent der Clarissen, van het Convent van Binderen en van het stift van Hooidonk; de rentmeester der geestelijke goederen van kwartier Oisterwijk die voorheen door 2 rentmeesters zijn geadministreerd en van 24 april 1721 gecombineerd o.a. met het inkomen van de kloosters te Boxtel, Oisterwijk en Waalwijk; de rentmeesters van de beden over Brabant in het kwartier van ’s-Hertogenbosch 2 rekeningen van resp. grote en kleine beden en voorts rentmeesters en ontvangers uit andere districten binnen de generaliteit