Archieven

127 Rekest van Anselmus van Wesel korenkoper te ’s-Hertogenbosch te kennen gevende dat hij ter instantie en requisitie van Otto Juijn stadhouder van het kwartier van Maasland in het begin van dit jaar aan de dorpen Nieuwkuijk, Drunen, Cromvoirt, Rosmalen, Nuland, Lith, Maren en Alem enige rogge heeft geleverd die gegeven is aan mensen die door de hoge watervloed geheel en al waren geïnundeerd en volgens rekening ging het om een bedrag van 862 gl. en verzoekt om een ordonnantie van betaling

33 Rekest van de regenten der plaatsen Lithoijen, Lith, Kessel, Maren en Alem als ook Empel in kwartier Maasland te kennen gevende dat tussen 24 en 25 december 1740 de wateren van de rivier de Maas zodanig zijn ‘gevloeijt en opgelopen’ en over de dijken zijn uitgestroomd op sommige plaatsen zelfs 2 à 3 voeten hoog, dat de supplianten allerlei inspanningen hebben gedaan om met alle vlijt te voorkomen dat de dijken zouden doorbreken, doch door de grote overloop van water niet heeft kunnen geschieden en is daarom op veel plaatsen de dijk toch doorgebroken nl. op vier plaatsen onder Kessel, waardoor 6 huizen met alles erop en erin zijn weggespoeld, een is er ingestort en twee zwaar beschadigd; ook te Alem heeft men vijf zware en considerabele dijken zien doorbreken en heeft men ook gaten geconstateerd in de dijken onder Lith, Maren en Empel die door het aanhoudende hoge water steeds groter worden en die dorpen zijn dusdanig geïnundeerd dat de meesten der inwoners het water zagen stijgen tot aan hun daken toe en ze genoodzaakt zijn geweest in allerijl te vluchten naar de dijken in de weinige huizen daar op staande waar het nog droog is gebleven; dat velen hun vee hebben moeten verlaten en laten verdrinken en ook het merendeel van de granen is onder water geraakt en totaal bedorven en de ingezetenen raken dagelijks meer en meer in een erbarmelijke toestand zonder dat de supplianten middelen voor handen hebben om de bedroefde mensen en hun overgebleven vee te redden en in leven te houden; een dringend beroep wordt gedaan om hulp en orders om mensen en vee van de noodzakelijkste levensbehoeften te voorzien [vgl. ook het relaas van o.a. Drunen – idem dito]

227 Missive van de ontvangers Essenius, Smits en Van Heurn op de rekesten van Lambert van Heesch en Gerrit Bastiaense cum suis ingezetenen van Nuland en Geffen en van de regenten van Lithoijen, Lith, Empel en Orthen onder de vrijdom van de stad ’s-Hertogenbosch en tevens van de regenten van Heesch en Maren in kwartier Maasland die allen hebben verzocht om remissie op hun verpondingen; idem van de regenten van Kessel in kwartier Maasland – zie ook folio 535 verso

190 Bericht van ontvanger Smits op een rekest van Lambert van Hees cum suis ingezetenen van de heerlijkheid Nuland, en Geffen en van de regenten van Lithoijen, Lith, Empel, en Orthen als ook van Maren en Heesch met een verzoek om remissie op hun verpondingen en beden [met details]