Archieven

104 Memorie van de raad en rentmeester generaal der domeinen van Brabant De Schmeling van de 4e waarbij hij overzendt een lijst van het getal personen dat te Bakel en Milheeze in kwartier Peelland bezocht zijn door de extraordinaire ziekte die aldaar heerst; uit dit schrijven blijkt dat genoemde ziekte al ruim twee maanden in zwang is en er ca. 30 personen aan zijn overleden zijnde voor Bakel een groot getal; hij heeft er medicine doctor Bon naar toe gestuurd in de hoop dat de gebruikte middelen tot succes kunnen leiden; aan doctor Bon zal gevraagd worden een beschrijving te geven van de aard van de heersende ziekte en die door te sturen naar ’s lands doctoren, waarvan wordt verwacht dat ze aan de Ed: Mo: hun visie daarop door te geven

82 Bericht van de leenmannen der leen- en tolkamer te ’s-Hertogenbosch op een rekest van de regenten van Bakel in kwartier Peelland over de zware omslagen uit de jaren 1728 t/m 1733 in relatie met hun borgemeestersrekeningen [uitvoerig relaas van 3 folio’s]

75 Bericht van de raad en rentmeester der geestelijke goederen in kwartier Peelland De Kempenaar op een rekest van Gerard Ravestein schoolmeester koster en voorlezer te Bakel te kennen gevende dat, niettegenstaande hij zijn plicht in alle delen waarnam, de president en schepen van Bakel op order van stadhouder Gualterij aan de borgemeester hadden verboden aan hem suppliant zijn traktement uit te betalen van 36 gl. wegens corporele diensten tot tijd en wijlen hij alle morgens om 8 uur en ’s middags om 12 uur de klok luiden, waarover discussie ontstond en uiteindelijk worden de president en schepenen van hogerhand gelast die 36 gl. te betalen met een verbod om dat traktement in te houden; de suppliant is al ruim 30 jaren als koster in dienst te Bakel en is inmiddels tot hoge jaren gekomen en dat de Ed: Mo: niet kunnen goedvinden dat de dienst van deze koster nu extra verzwaard wordt door hem te noodzaken alle morgens en middagen de klok te luiden

13 Missive van de raad en rentmeester generaal der domeinen van Brabant en van de leenmannen van de leen- en tolkamer te ’s-Hertogenbosch op een rekest van de regenten van Bakel die verzocht hebben de ontheffing van een bepaalde som – Pieter de Cort is op dat moment secretaris