Archieven

173 Bail à ferme des terres à labour
Keuchenius /: Mergo :/ veuve de feu Sieur Jannette à Vugt

95 Op de navolgende voorwaardes heeft Nicolaes van de Sande secretaris van St. Oedenrode als medepachter met Willem Boons de tiende in Den Dungen voor dit jaar 1650 verpacht, in opdracht avn de edele heer ... ... en dat aan Jan Dircks, Peter Claes Peters, Niclaes Peter Pels, Michiel Claessen Pels, Jan Tomas, Teunis Goijaerts, Cornelis Tonissen, Adriaen Schalsks, jonker Jan de Weert, Huijbert Antonissen, allen inwoners van Den Dungen, onder voorwaarde dat genoemde pachters de betaling van de tienden tijdig zullen doen op het kantoor van de rentmeester Schuijl (?), zoals die eerder door Wille .... gepacht is geweest samen met de slagen, weerslagen en onkosten en ze zullen van de Sande... 187 gulden en 10 stuivers betalen voor de moeite en nog een ton bier en ze moeten beloven deze van de Sande voor diens belofte etc. te zullen vrijwaren. Actum Den Dungen 1 augustus 1650. Er is 343 gulden 16 stuivers ....... slagen, dus aan de rentmeester 1178 gulden 10 stuivers te betalen. Ondertekend : dit merk is van Jan Hendricks de Weert, dit merk is van Claes Peter Teeuwens, dit merk is van Cornelis Tonissen, Dierck Tomassen, dit merk is van Goijaert Janssen Vervael, (verder niet ondertekend door de notaris, de opnamekwaliteit is niet bijster goed en daarom moeilijk te lezen).

174 Publicatie van de raad en rentmeester generaal m.b.t. sommige kwaadaardige personen die zich niet houden aan de regels van de jacht binnen de vrijdom van de stad dus Den Dungen, Orthen en Hintham.

127 Peter Janse van Blaarthum jager van de heer van Borssele voor Den Dungen en Francis van Drieburg oppasser van de jacht ‘van ’t hooge’ van Den Dungen maken bekend op het kantoor der domeinen dat ze heden nacht bij volle maan circa 12 uur hebben betrapt Jan Geerts Ondersteijn wonende ’t tweede huis aan deze kant van de predikant van Den Dungen, die ze hebben gezien op de openbare weg in dezelfde straat als hij naar huis gaat, samen met een andere nog onbekende persoon. Ze hebben Ondersteijn gevraagd waar hij naar toe was geweest want hij had een zak met een patrijs bij zich die hij net in de sloot had gegooid. Hij dacht zelf over de sloot heen te springen maar dat mislukte.