* een erfpacht van 1 mud rogge, Veghelse maat
* jaarlijks 36 stuivers aan 'Onser Liever Vrouen althaer tot Vechell'
* jaarlijks 1 stuiver aan 'den pastoir tot Vechell'
* jaarlijks een half vat raepsaets met een pint wijns aan 'den fabriken van Vechell'
Getuigen: Herman Tonis en Henrick Jan Claes, schepenen
Aert Henrick Henrick Roeffen krijgt toebedeeld een 'eussel', gelegen ter stede genoemd de Heijde
* e.z.: het goed van Meus Janssen
* a.z.: het goed van het minderjarige kind van Delis Martens
* e.e.: het goed van 'mijn heere van Erp ende Vechel'
* a.e.: 'de ghemeijnte van Vechell'
Getuigen: Herman Tonis en Henrick Jan Claes, schepenen binnen de heerlijkheid van Vechel
* e.z. en e.e.: de weduwe van Peter Philipsen
* a.e.: het goed van Aert van Oetelaer
Dit goed is belast met:
* een erfpacht van 4 vaten haver aan Joffrouwe Halmaels Dobbelsteen (= aan de vrouwe van Jekschot)
* een erfcijns van 5 Carolus gulden aan de erfgenamen van Jan Aert Weltiens
* een erfcijns van 5 Carolus gulden aan de erfgenamen van Jan Versteechden, die Arien heeft afgelost
* een erfcijns van 3 gulden aan Arien Rombouts, die Arien heeft afgelost
* een erfcijns van 6 gulden aan de erfgenamen 'van den ouden pastoir van Uden'
Ook krijgt Arien een erfcijns van 30 stuivers, die wordt betaald uit 'het stuxken lants ghenoempt het Wyerken', van de erfgenamen van Dierck Peters.
Ook een eenmalig bedrag van 100 gulden 'die den selven Arien in den voerschreven erffhuysse hadde.
Ook 'drie lopensaet lants, ghelegen in Creytenborch'
* e.z.: het goed van zijn vroer en mede condivident
* a.z.: het goed van Willem Jan Peters
* e.e.: het goed van Aert Jan Peters
* a.e.: het goed van Gielen Jochims
Ook 'een stuck lants, ghelegen in het Sontsvelt, groot ontrent een sestersaet'
* e.z. en e.e.:: het goed vam Henrick Jacob Roeloffs
* a.e.: het goed van zijn broer Ruth
Ook 'een halff lopensaet lants ghenoempt het Clotien,
* e.z.: het goed Jan Lonis
* a.z.: Henrick Jacob Roeloffs
Ook een eenmalig bedrag van 87 gulden en 10 stuivers, 'daer voor sal hij synen vader sijnen leeff dach houden'.
Ook 'een stuck lants leengoet met noch daer een heytveltken aen ghelegen'. Dit 'stucxken lants' is belast met een erfcijns van 2 gulden, 17 stuivers en 2 oort aan Roeff Jan Roeffen tot Erp.
Getuige: Geryt Janss van Dieperbeeck
* e.z.: de ghemeyn steechde
* a.z.: het goed van Peter Peterssen
* e.e.: de gemeynte van Vechel
Rut, de jongste zoon, krijgt toebedeeld het 'huijs metten halven hoff, bomgaert metten aengelach en mette poteryen voor vuijt', groot ontrent 6 lopensaet, gelegen 'rontsomme den erffenis tegen synen broeder opgedeylt'. Dit goed is belast met:
* een cijns van 5 ganzen aan Joffrouwe Halmaels (= aan de vrouwe van Jekschot)
* een erfcijns van 10 gulden aan Peter Henricx
* een erfcijns van 2 gulden en 10 stuivers aan Dierck Jan Diercx
* een erfcijns van 6 Carolus guden aan Meri Mathijssen tot Uden
* een erfcijns van 3 gulden en 10 stuivers aan Leunis van Helvoirt
* een erfcijns van 3 gulden en 10 stuivers aan de erfgenamen van Aert Diercen
Ook 'een stuck lants ghelegen in Creytenborch, groot ontrent drie lopensaet'.
* e.z.: het goed van Reynder Suermont
* a.z.: Gielen Jochims
* a.e.: de erfgenamen van Aert Jan Peters
Dit perceel is belast met een erfpacht van 1 malder rogge, Veghelse maat, de gewoonlijk wordt betaald met 3 gulden.
Ook 'een lopensaet lants, groot ontrent een lopensaet, met een houtvelt daer aen ghelegen'
* e.z.: het goed van de erfgenamen van Dierck Peters
* a.z.: zijn condivident
* e.e.: het goed van Jan Lonis Donckers
Ook 'een halff heytvelt, d'welck den voorschreven Rut tegen synen broeder opgedeylt is', belast met een erfpacht van 1 malder rogge, die de voorschreven erfgenamen van Willem Peter Thielens betalen met 10 stuivers aan de weduwe genoempt Gielens.
Ook 'een weyvelt eensdeels saylant, genoempt den Nieuen Hoff, d'welck gelegen is in den erffenisse van synen broeder ende tegen den selven broeder opghedeylt'.
* e.z. en e.e.: het goed van voorschreven Ruth
* a.z.: het goed van zijn broer Arien
Getuige: Gerit Jans van Dieperbeeck, schepen