Den procureur Marten Vheen als gevolmagte van Gertr. Jansse renuntieert van sijnen procedure teegens Heijm. Meulders aengevangen en tot thoon vervolgt om redenen hem daertoe moverende.
Den advocaet Ploegh overgeleegt zijnde desselfs reekening als ook van sijne clienten waegt parthijen daerbij vermelt op heden te dienen van diminutie bij faute van dien versoeckt taxatie ingevolg laest gegeven ddecreet.
Den procureur Veen naemens Francis Opsteen cum suis segt paerthijen aen dat decreet niet voldaen te sijn en dus oirsaek tot den heeden daegse costen, daerontrent zijnde versoekt, dat den selve daertoe maeg worden gecondemneert.
Den advocaet Ploegh zegt geene costen veroirsaekt te hebben, doordien van desselfts kant gheene de minste negligente is geschiet dat den selven die gemelte specificatie in judicio heeft overgeleegt en
Francis Opsteen cum suis nemen aen sulx door deese Edele en Agtbare geigte geregistreert wordende. Hoewel paerthijen most beweijsen dat hunne goederen insuftisant waer te sullen aenthoonen naestkomende gerigtsdaeg, dat hunne goederen onbelast zijn.
Den advocaet Ploeg versoekt maer dat ingevolg voorig decreet maeg worden voortgevaere.
Decretum
In zaeke van Francis Opsteen cum suis aenlegger teegens Mart. Pittens qq verweerder schepenen gelet op het van paerthijen over
Den advocaet Ploeg als voor segt in gevolgh laest gegeven decreet gheensints gnoegen te nemen met de alhier gepreesenteerde cautie versoekt derhalve dat ante omnia ten gnoegen van verweerder gnoegsaeme reëel cautie zal moeten gestart worden, dus persisteert bij sijn voorige ontrent de cautie reserverende ontrent de overgelegde specificatie te dienen als te raeden.
Francis Opsteen zegt dat ongereede goederen wel deegelijk onder de reele cautie behooren te zijn en dus met sijne preesentatie kan, en moet volstaaen om dat het geeijst versteck van paerthijen geheel ten onpasie comt seggende het voorgaende decreet alleen dat de cautie alleen voor alle voortgang van zaeke zal gestelt worden en niet als wanneer men over de cautie comt te dispenseeren, daeruijt een versteck zoude voortspruijten persisteert voor het overig als voor.
Den advocaer Ploeg zegt alle die ge-avanceerde van parthijen ridicul te zijn, vermits
Francis Opsteen cum suis zeggen dat hunne goederen meer als suftisant zeijn voor de gevraagde cautie en nijmant hun eenig verband daerop kan aen thoonen dan alleen het jene het decreet in de laeste zaak is inhoudende, het welck nogtans van die importantie niet is, dat daerdoor de goederen voor de gevraegde cautie zoude konnen insuftisant verclaert worden sustineert dus voor alsog