Archieven

46 BEDEN. " Is gelesen eene resolutie van heure Ho: Mo: vanden xxviii der verleden maendt van meert houdende alsoomen verstaet dat den gewesen rentmr. VAN BROECHOVEN sijne residentie binnen Breda heeft genomen ende van daer heeft doen schrijven, dat de rentieren opde beden opde stadt ende meijerije gevestight bij hem souden comen om heure renten te ontfangen, houdende daermede de possessie voor den vijandt, dat daerom gelet dient te wesen wat daertegen noodich sal wesen gedaen, begeerende daer op heure Ho: Mo: het advys deses Raedts, waerop gedelibereert sijnde is goetgevondenaen heure Ho: Mo: te adviseren, dat het toestaen van beden is erkentenisse van souverainiteyt ende dewijle mits het veroveren der stadt van 'shertogenbosch de souverainiteyt over de Meijerije voor heure Ho: MO: vercregen is, dat daerom heure Ho: Mo: het invorderen van beden over de Meijerije nyet en behooren te gedoogen, maer bij proclamatie verbot te doenaenden ingesetenen vanden meijerije van eenige beden toe te staenofte te geven, opde verbeurte van hondert goude realen ene soo nochtans de vijandt met executie de beden over de meijerije soude willen invorderen, dat dan bij retorsie ende invorderinge van gelijcke beden over het quartier van Antwerpen soude moeten geprocedeert wordden".

95 Franciscus Andreas Lomans, wonend te Breda geeft volmacht aan Nicolaas Sopheus Middelkoop, secretaris Berlicum om transport, zie scans 343-345, voor hem te regelen.

128 Rekest van de regenten van Oisterwijk inhoudende dat zij in 1746 op aanschrijven van stadhouder Verster hadden gefurneerd ten dienst van het Geallieerde Leger verscheiden karren en paarden en geleverd hebben diverse hoeveelheden stro, hooi, haver en takkenbossen voor een totaalbedrag van 1433 gl. incl. de vrachtlonen; dat in de winter van 1747 binnen Oisterwijk gelogeerd was het Engelse regiment van Flemming en dat de commandant daarvan aan de supplianten, zonder toezegging van betaling, hen had verplicht tot het leveren van hooi, stro en haver welke inkoop en leverantie 1617 gl. beliep en dat ze bij het vertrek van dat regiment hierover geen betaling hebben genoten; voorts zijn gelogeerd geweest de regimenten van Cornwaij en Dejean die ook om karrenvrachten en leverantie van hout hadden gevraagd voor een bedrag van 2069 gl. ; bovendien hebben ze verzorgd op basis van de resolutie van de Raad van State van 3 mei 1747 een hospitaal voor het korps Hannoverse troepen die daarom verschuldigd waren 1266 gl.; dat door de supplianten in het gepasseerde jaar op orders van de Heer van Haren gezorgd was voor een groot getal pioniers en timmerlieden richting Oudenbosch. Tholen, Steenbergen en Breda en daarnaast hebben ze nog geleverd hooi, stro en hout voor een bedrag van 800 gl.; dat in het laatste van het gepasseerde jaar de Oostenrijkse troepen een hospitaal hadden opgericht en dat daar nog enige compagnieën waren ingekwartierd van het regiment van Vivarij voor wie ze hebben moeten leveren bedden, licht, hout, karren en gidsen voor een som van 1000 gl. ; de totale schade komt neer op een bedrag van 6752 gl.; voorts hadden de ingezetenen nog extra schade geleden door het afhakken van bomen, afmaaien van grasvelden, wegnemen van eetwaren en fourage en ze verzoeken nu om uitbetaling van het genoemde bedrag of het opnemen van dat geld

55 Rekest van J.W.D. de Jong stadhouder van het kwartier Kempenland aangevende dat hij op aanschrijving van commissaris Faure als daartoe specifiek geautoriseerd door de Heer Verlest haar Ed: Mo: gedeputeerde te velde, heeft uitgeschreven het contingent van 1218 karren die door de Meierij geleverd moesten worden in het leger bij Breda wat voor Kempenland betekend 259 karren welke hij, met de nodige conducteurs, volgens het reglement van 11 april 1747 en de 12e apri l1748 heeft verzonden op de 29e april en enige dagen daarna richting Breda alwaar de op 1 mei zijn gemonsterd, zonder dat aan de conducteurs enige betaling is gedaan, verzoekende om deze betaling alsnog te voldoen