Door Emerantiana van der Heijden weduwe Francis van der Linden wonende te Schaijk, aan Nicolaas van Erp wonende te Oss en Johannes Voet wonende te Schaijk groot f 206,95 om te betalen f 103,95 primo november 1834 en f 103,00 primo november 1835.
door Willem van Poppelen wonende te Herpen als solidaire principale Debiteur en Wilhelmus van Poppelen wonende te Herpen, en Martinus van 't Zand wonende te Schaijk als solidaire Borgen, aan en ten behoeven van de Heer Adriaan van Erp wonende te Schaijk groot f. 105,- vervallende op den tienden April 1800 vier en dertig.
Door Jan Leonardus Roelof Megens wonende te Berchem, op Wilhelmus Martinus van Roij wonende mede te Berchem, of orde, vervallende pinksteren 1838, groot f. 150,-.