Archieven

52 Onder de naarbeschreve conditien ende voorwaarde soo sullen Laurens van Heeswijk, Dirck van Heeswijk, Guilliam van Heeswijk, Dirk van Heeswijk, Hendrik van Weert, als man ende momboir van Anna Maria van Heeswijk, ende Dirk Porters als in huwelijk hebbende Anna Maria van Heeswijk mitsgaders Cornelis Joens Vissers, ende Laurens van Heeswijk als voogden over de minderjaarige kinderen van Aart Cornelis Vissers verweckt bij Margriet van Heeswijk met naamen Peter Anna Maria, Ariaantje en Tomas Vissers, mitsgaders Guilliam van Heeswijk ende Tijmen van Heumen als momboirs over de minderjaarige kinderen van Peter van Heeswijk, verweckt bij Johanna van Heumen met naamen Jan Geertruij, Marij, en Leendert van Heeswijck alle kinderen en erftgenaamen van Jan van Heeswijk ende Elisabeth Nagelmaakers in leven egteluijden, als mede Ale Crol als eijgenaer van een vierde part der naarbeschreve goederen, naar voorgedaane drie sondagse publicatien soo hier tot Vught als Helvoirt en Haaren publiecq ten overstaan van heeren officier en scheepenen ten hoogsten en schoonsten voor alle man vercoopen de naarbeschreven parselen van landerijen, de voornoemde voogden tot het geene hier inne vermelt ende tot dese vercoopingh geauthoriseert bij authorisatie van heeren scheepenen deser dingbancke wesende van dato den 29 maart 1730 Den coper sal jaarlijx uijt dese goederen blijven vergelden den gront en gewin chijns, soo enige met recht daar uijt mogte gaan met soodaanige pagten en lasten, als hier naar op ijder parceel sal werden uijtgestooken ende gegroot. Den cooper sal moeten betaelen alle gewoonelijke en gebuurelijke lasten, ende onderhouden, wegen, stegen, waterlaaten, schouwen, en al wat dese goederen van ouds, regts, en gewoonte wegen gehouden sijn te draagen. Verders werden dese goederen vercogt los ende vrij met soodaanige voordeelige en naardeelige lasten, regten usantien, en servituijten als deselve goederen sijn hebbende volgens de brieven en bescheijden daarvan zijnde, die om cooper

46 Compaareerden voor haren scheepenen ondergenoemt Teunis Cornelisse Witlox, jongeman gebooren tot Cromvoirt woonagtigh tot Deuteren, ende Petronel Schuermans weduwe van Cornelis Janssen de Weert woonagtigh tot Deuteren geadsisteert met Ariaan Peijnenburgh, en Peter Schuermans oomen van vaders en moeders zijde van de voorkinderen van den voornoemde Cornelis Janssen de Weert verweckt bij de gemelde Peternel Schuermans, dewelke verclaarden dat zij voorneemens waaren met malcanderen te treden in den huwelijken staat, dogh dat alvorens de te voltrekken, ende voor banden van dien zij met malcanderen waaren verdraagen en over een gecoomen in maniere naarvolgende. Eerstelijk dat den een den anderen naar gewoonte en volgens de wetten van den landen sal trouwen ’t zij voor de wet ofte in facie ecclehie soo sulkx behoort, Tweeden dat in plaatse van inventaris bij wijse van uijtcoop de voornoemde voorkinderen van Cornelis Janssen de Weert sullen hebben profiteeren eens de somma van 250 guldens, en dat de respective comparanten daar mede sullen aftzijn in requeste van deselve kinderen, sonder dat die van haar als ijders sullen mogen pretenderen. Actum ter secretarije van Vught en Cromvoirt op den 11den januarij 1730. Aert Lamberts, Hendrick Vermeer. D. Ragaij.

12 Voorgenomen huwelijk van Daem Daem Schellekens (weduwnaar van Merijken Lenderts van Casteren) als bruidegom en Marijke Matthijssen van Gogh (weduwe van Adriaen Aerts van Dinter) als bruid

443 Al degenen die deze brief zullen zien etc. Wij, Peter Tonis Joosten van Gemert en Jan Jan Hermans, schepenen verklaren dat voor ons is verschenen Aleijt dochter wijlen Henrick Rovers oud ca. 65 of 66 jaar, joffrouw Anna dochter wijlen Herman van Breempt thans vrouw van jonker Lambrecht Millinck van Gerwen oud ca. 57 jaar en inwoonster alhier die hiervoor zijn opgeroepen door onze vorster Willem Joris, verder joffrouw Elisabeth dochter wijlen Willem Zuermont weduwe van jonker Dirck van de Trip (?) oud ca. 70 jaar, inwoonster van Veghel die door onze vorster is gearresteerd, verklaren op verzoek van Goijaert van Eijck zoon wijlen Jasper van Eijck nadat ze daarover zijn ondervraagd onder ede het volgende. Aleijt verklaart dat toen de kinderen of erfgenamen van wijlen jonker Jan Willem Suermonts en van wijlen joffrouw Bartholomea van Rijswijck het bezit deelden dat ze van jonker Jan en joffrouw Bartholomea hun ouders zijnde hadden geerfd, dat zij deponente toen woonde bij jonker Goessen van de Aelsfoort en dat aan deze erfgenamen en aan haar deponente de loten van dat bezit in Veghel werden uitgereikt in het sterfhuis van wijlen genoemde jonker Jan Suermonts aan het ... hout.(?) Daarbij was o.a. aan genoemde jonker Goessen een zekere hoeve land toebedeeld, gelegen in de parochie Weert bij Waalre, op welke hoeve toen een zekere pachter Antonis woonde die toen een rauwen wollen hoed droeg en dat die zelfde jonker Goessen van der Aelsvoert volgens haar mening die hoeve ongeveer een jaar lang niet zelf hield maar die overdroeg aan jonker Herman van Breempt zijnde diens zwager met joffrouw Anna zijnde zijn dochter en dat de deponente toen hoorde en dat zulks was gebeurd binnen het huis van jonker Goessen in het estplaatsken en dat joffrouw Anna klaagde dat jonker Goessen zijnde haar vader naar niet genoeg als huwelijksgift had gegeven. Genoemde joffrouw Anna van Breemt vrouw van jonker Lambrecht verklaart dat zij goed weet dat bij de loting en deling van het bezit van wijlen