In een andere rekest verklaren de borgemeesters en ingezetenen van Westerhoven ‘dat sij over memorie van menschen gehadt hebben eenen particulieren schrijver of boeckhouder die des dorps rekeningen set ende heffboecken was schrijvende, alsoo de secretaris mede sijnde secretaris van BERCHEIJCK (bergeijk en Riethoven) ende RIJTHOVEN makende met Westerhoven een gerechtbancke tot Bercheijck of Rijthoven is residerende, hebbende echter den voors. secretaris WICHMANS hem laten gelusten des dorps register, rekeningen, heff ende setboecken, den boeckhouder tot Westerhoven aff te nemen, waermede alsoo sij supplianten seer sijn vercort, hadden heur geadresseert aende heeren gecommitteerden op de verpachtinge van de thienden aldaer geweest, die bij acte vanden 28 july 1657 hebben geordonneert aenden voorn. secretaris Wichmans, dat hij de voorschreven rekeningen, set ende hefboecken soude hebben te restitueren om de burgemeesters te dienen tot invoorderinge van de dorpslasten, doch alsoo hij daer van blijft in gebreke, soo versoecken de supplianten, dat hem mach gelast ende geordonneert worden tselve alnoch te doen om heur te dienen na behooren. Den Raedt heeft goetgevonden hem te ordonneren ende lasten tselve alnoch naer te comen, binnen 14 dagen na insinuatie of dat men anders nader sal moeten disponeren’.