Prior en conventualen van de KARTUIZERS VAN BOXTEL klagen in een request dat de ontvanger van de geestelijke goederen in Den Bosch hen heeft doen executeren voor een som van 336-10-0 als onderdeel in de 4200 gulden voor onderhoud van de predikanten in de meirij. Ze vinden dit bedrag te hoog en vinden zich bezwaard. Men verzoekt stopzetting van de executies voor 2 maanden en vermindering van de tax - besloten wordt dat ze mogen volstaan met een bedrag van 103-18-0 mits ze deze som over 1634 contant betalen.
' Borgemeesters, setters ende heffers der baronie van Boxtel verthoonen requeste dat alhoewel bij expresse resolutie vanden Rade verstaen ende geordonneert is dat alle geestelicke persoonen inde respective dorpen de rmeyerye woonende mede schuldich sijn heure quote te betalen inde redemptie der verpachtingen van 'slants middelen aldaer, evenwel nochtans den DEKEN ende andere van den CAPITTEL de rvoors. baronie sich weygerich thoonen totte voors. betalinge ende bijden Raedt van Brabant alhier surceantie vercregen hebben van des Raedts executie - waerop gedelibereert sijnd eis goetgevonden opde requeste anders niet te disponeren dan te appostilleren, dat de supplianten heur sullen reguleren nae voorgaende resolutie vanden Raedt'.