Archieven

335 Gielis Merten Gieliss, als man van Aertken, Peter Danels Hanrickxs als man van Tonisken, allebei dochters van wylen Jan Jan Vredrixs aan de ene zijde, en Arien soone wylen Arien Gerit Goossens getrouwd geweest met wylen Cathalyn dochter van Jan Jan Vredrix voorschreven, 'ende met hem geassisteert syne bruederen', aan de andere zijde, hebben een accoord gesloten, 'belanghende alle de guederen welck Arien voirschreven met wylen syne huysvrouwe heeft behouwet in manyeren als volght'.
* het testament dat Catharina Jan Vredrix 'ten vordele van Ariaen haren man voormaels heeft gemackt' word geannuleerd
* Arien moet afstand te doen 'van allen de guederen hoedanich de soude moghen gevonden worden' te behoeve van Delis Mertens en Peter Danelts voorschreven
* 'dies sal Arien voorschreven synen wille moghen doen met allen het gereedt goet of guederen welcke hij ewech heeft ende geincorporeert ende staende hem pro dote despousali sonder ennighe restitutie daer van te derven doen,
* waer tegens Arien Arien Gerits voorschreven sal betaelen allen de scult bij hen contractanten gemaeckt tot Merten Laureynssen van Heynsberch ende tot Tsertogenbossche gemaeckt by Arien Arien Geritss syne huysvrouwe zaligher'
* Arien zal 'noch hebben den halven coop eyken houdt welck Delis Mertens gecoft heeft synde de IIIIde smerten sonder die te betaelen,
* boven allen de welcke Delis ende Peter voorschreven de voorschreven Arien Arien Gerits' nog hebben beloofd eenmalig 400 Carolus gulden te betalen.
Getuigen: Willem Hanrick Dierckx en Aernt Thomas Gysberts
Ondertekent quod attestor Jan Willems, secretaris

290 Jan Jan Janss die Cruyer aan de ene zijde, en Thysken dochter van Arien Jan Claes aan de andere zijde, hebben een accoord gesloten betreffende 'de vrydicheyt die sy oeyt hennen leven met den anderen gehadt hebben'. Overeengekomen is 'dat Thyske voorschreven het kynt genoempt Jan op voeden sal ende sonder des voorschreven Jans costen, soe dat hy, noch syn huysvrouwe, van haer nu oft nimmermeer gemoyet oft gequelt sal wordden, noch van haer naegeroepen oft gelastert sal wordden'. Jan Janssen zal Thysken een eenmalig bedrag van 20 Carolus gulden, 3 vaten rogge en 1 sester boekweit geven.
Getuigen: Willem Hanrickx en Peter Gysberts

255 Hanrick Thonis van Rysingen en zjn zoon Jan hebben verklaard 'dat sij met malcanderen syn veraccordeert verlanghende zekere questie tusschen hen geresen in manieren als volcht'
* Jan Janrickx belooft dat hij zijn vader 'door zekere hantreijkinhe die hy hem gedaen heeft (mit minsten oft meest wel verstaende met ennige rigoruesicheijt of onredelicheyt soo int tgeen daer hij in gerecht soude moghe wesen oft nyet gerecht), nae deser tyt [nyet] sal quellen oft molesteren om yet te geven, oft oock des voorschreven Hanrckx syns vaders debituers e eysschen.
* Noch is voorwaert dat Jan voorschreven nae sy vaders doot wederom keren sal tot behoeff Jennekens, des voorschreven Hanricken tweede huysvrouwe oft haere kynderen, die somme van vyfftich Carolus gulden, daer voor verbyndende synen persoon ende guederen.
* Jan zal de 28 Carolus gulden die met Mathys Danelts, zijn voogd, 'gelicht heeft aen Merten Lenssen van wegen Cristina Arien Jans en procederende van zekere los mudd roggen, welck plach te gelden Jan Willem van Erp, te vreden sal stellen Rutten Peter Rutten, des voorschreven Hanrickx swaeger'.
Getuigen: Willem Hanrickx en Mathys Danelts, schepenen

223 Jan Claes Aerts en Peter Arien Hanrickx , 'geswaeghers', waren enige tijd geleden 'twistich ende tweedrechtich', 'oorspronck nemende sunderlinghe (behalven andere redenen die sy somwylen onder hen moveren) van zekere vechterije by hen lieden, komende vuytter herberghen, gedaen, soo dat d'een den anderen met plompen ende scherpen hebben gequetst, angerende ende vermeerderende alsoo de voirschreven twist ende twedrechticheyt nyet te min allen dese voorschreven teghenstaende (considerende het ongemaeckt ende swaericheyt welck sij in dese veeschap syn eyndende, syn (gedrongen wetende voor singulieren affectie ende door tusschen spreken van goede eerbaere discrete mannen) op huyden den XXXen november anno 1598 in henne eyghenen ende propren persoonen met zekere goede vrienden ende getrouwe naebueren ten huysen Jan Arien Peters gecompareert ende herschenen, settende henne questien ende allen henre verschillen int generael ende goede mannen, te weten Geritden Dierck Claes synde den seghsman van Peter Arien Hanrickx, ende Merten Laureynssen van Heynsberch synde den sechsman van Jan Claes Aerts, met aucthorisatie te moghen kiesen enen overman te weten Dierck Claes opt Zant'. Deze doen de volgende uitspraak:
* beide lieden zullen vanaf nu naar elkaar vriendschap tonen
* ze zullen geen kwaad meer spreken over elkaar
* ze zullen te vrede zijn met de erfdeling en het testament van de goederen van hun vader en moeder zaliger
* de achterstallige renten die Jan aan Peter schuldig is worden geregeld
* Jan Claessenzal het gelag betalen dat om dit accoord verteerd is, en Peter daarvoor met de helft korten
* bij overtreding van deze overeenkomst een boete van 50 gulden, half voor de heer en de andere helft half voor de armen en half voor de kerk van Vechel
Schepen: Willem Hanrickx