Archieven

193 Vervolg op scan 294 – Voor schepenen Van der Haigen en Jan Lucas Jans is verschenen Jan Jans Verweteringe oud 40 jaar en Evert Jan Henricx oud 27 jaar met een verklaring ter instantie van Willem Emonts over een vijfjarige roodbonte merrie met diverse kenmerken uit de stal van Willem [14.5.1638]; idem is verschenen voor Hendrick Smits en Goossen Jans Goijart Willems uit Den Dungen onder de vrijdom van ’s-Hertogenbosch met een verklaring ter instantie van Anthonis Claessen uit Nistelrode die gekocht heeft een maalke of beestje van omtrent twee jaren dat Anthonis daags te voren had gekocht van Corst Aert Wouters welk beestje is gebracht naar Boxtel maar het beestje liep tot driemaal toe en sprong in het water

192 Ik Dierck zoon van Jan Evers verklaart dat hij omtrent 44 jaren geleden als dienstknecht is komen wonen bij Evert Henricx op Lochtenborch onder de heerlijkheid van Veghel en aldaar negen jaren heeft gewoond en in die periode heeft helpen maaien en hooien een kamp land in de Lange Bunders te Veghel, het erf van Adriaen Willems Verstegen, Evert Henricx en meer anderen naast een stuk broekland genoemd de Pieck van genoemde Adriaen Verstegen en dat maaien en hooien is geschied wel vier voeten of een schrede verder dan de hekkenpost in het begin van de genoemde kamp naast de gemeijnt van Veghel voor de scheidingspaal welke hekkenlpost nooit voor scheidingspaal is gehouden geweest, maar stond daar bij nog een andere paal of hekkenpost bbeiden op genoemde bunder tussen welke hekkenposten men in en uit kon varen met goedkeuring van de beide geërfden tot op een struik waarin een zekere teken was gemaakt door de geërfden of gebruikers van de genoemde bunder, welke struik wel vier voeten dichter bij de Pieck stond als de voorschreven paal en over de paal die ik int midden van het veld heb gezien omtrent vier schreden en wel zodanig dat iedere geërfde opten Geer een dobbel geswath of gemath had en aan de rivier de Aa of het water buiten de paal daar ook nu gezien omtrent drie schreden gemaaid of gehooid te hebben naar de Pieck toe zonder enige paal aan de Aa te hebben bespeurd of bevonden dan was de breedte der erfenisse de Pieck omtrent een schrede of anderhalf na dat de erfenisse de Pieck eerst of lest wedden gemaaid, zijnde mij nog wel indachtig dat ik de voorgenoemde Evert Henricx in wiens plaats is gekomen Adriaen Luijcas als proprietaris meermaals heb horen zeggen dat men met recht en reden maar enen strekel lengde aan de Aa, de voorschreven Pieck in de breedte maar en zou mogen afmaaien dan overmits beide erfenissen de Bunder en de Pieck aan de Aakant int water stonden ten voorschreven tijde

191 Voor schepenen is verschenen Gijsbert Peeter Gijsberts oud 52 jaar en Goijart Anthonis oud 34 jaar met een verklaring ter instantie van Anthonis Goijarts over een zwartbruine ruin met diverse kenmerken uit de stal van Anthonis

190 Hendrick Smits en Meus Meus Rijckarts schepenen certificeren dat voor hen is gecompareerd Henrick Henrick Voets oud 51 jaar en Jan Henrick Voets oud 45 jaar, Henrick Janssen van Dijck oud 54 jaar, Jan Verhoeven oud 64 jaar en Jan Gijsberts van den Boogart oud 46 jaar met een verklaring over een zekere eikenboom die door Dirck is omgekapt en gestaan heeft onder het Lutteleijnde omtrent de heide bij het erf van Dirck en dat van de kinderen Dielis Rutthen buiten de 80 voeten welke eikenboom zo’n 26 jaren oud was