Vredegerechten

Hendrikus Schoeps, boerenknecht te Lommel, mede-erfgenaam in de boedel en nalatenschap van wijlen Arnold Schoeps, in leven landbouwer in Westerhoven, aldaar overleden op 5 oktober 1829, verzoekt om ontzegeling. De ontzegeling vindt plaats op 16 november 1829. Aanwezig zijn: Mathijs Schoeps, landbouwer in Lommel, Elisabeth Schoeps, zonder beroep, wonend in Lommel, Hendrikus Schoeps, landbouwer in Lommel, tevens gemachtigde van Adam Schoeps, molenaarsknecht te Drunen (machtiging gepasseerd voor notaris Pieter Kuypers te Drunen), alsmede van Maria Catharina Schoeps, dienstmeid te Hechtel (machtiging gepasseerd voor notaris Jacobus van Breugel te Lommel), alsmede van Willem Schoeps, dragonder bij het 5e regiment Lichte Dragonders in garnizoen te Maastricht (eveneens met machtiging gepasseerd voor notaris Jacobus van Breugel te Lommel), allen erfgenamen van wijlen Arnold Schoeps. Hendrikus van de Rijt, landbouwknecht te Westerhoven, wordt ontheven van zijn functie als zegelbewaarder. (akte door verbleking slecht leesbaar).

Identiek aan nr 64 van 5 september 1829 (akte door verbleking voor een groot gedeelte vrijwel onleesbaar).

Mr. Philippus de Kanter, advocaat in Eindhoven, als gemachtigde van Hermanus Potholt van Dorp, predikant van de Hervormde Gemeente te Veghel, alsmede van Reinier Dirk Kumsius, wonend in Rotterdam, alsmede van Elisabeth Maria Kumsius, rentenierster wonend in Dinther, alsmede van Cornelia Theodora Kumsius, weduwe van Eduard Dirk Gallas, rentenierster wonend in Zwolle, allen erfgenamen in de boedel en nalatenschap van wijlen Theodora Cornelia Kumsius, weduwe van Johan van der Hoeven, in leven drossaard van Heeze en Leende, overleden in Stratum op 19 mei 1829. De erfgenamen verzoeken om te ontzegelen. Aldus geschiedt op 9 september 1829. Jan Spoorenberg is plaatsvervangend vrederechter. (akte door verbleking nauwelijks leesbaar)

Voor de vrederechter verschenen: (1) Jacobus Losecaat, rechter te ’s-Hertogenbosch, voor zichzelf en met machtiging van Isaak Weyer Vermeer, rentenier, en Geertruida Helena Losecaat, echtelieden wonende te Nijmegen (machtiging gepasseerd voor notaris Willem Cato van Elsbroek), alsmede mr. Pieter Gerard Antoni Losecaat, particulier te Teteringen bij Breda (machtiging gepasseerd voor notaris Jacob van Naerssen te Breda); (2) Roelof van Nouhuijs, vrederechter te Sint-Oedenrode, voor zichzelf en met machtiging van Gerhardus Bruyningen, medewerker bij de directe belastingen en accijnsen, met diens echtgenote Elisabeth Antonia van Nouhuys, wonende te Grave (machtiging gepasseerd voor notaris Andries Joseph van der Marck te Grave), alsmede Jan Willem Gerrard van Nouhuys, controleur der directe belastingen en accijnsen te Amsterdam (machtiging gepasseerd voor notaris Jacob Fredrik Klinkhamer te Amsterdam), alsmede Goswinus Jacobus van Nouhuys, predikant der NH gemeente te Rossum (machtiging gepasseerd voor notaris Hendrik Jan van der Dussen te Rossum), alsmede Jacob Stravemans, boekdrukker, en diens echtgenote Anna Maria van Nouhuys, wonende te Maastricht (machtiging gepasseerd voor notaris Peter Dionisius Hupkens te Maastricht; (3) Pieter Gerard Molengraaff, notaris in Tilburg, voor zichzelf en met machtiging van Jacoba Antonetta Molengraaff, weduwe van Eimert Bouwman in 's- Hertogenbosch, alsmede Antonia Molengraaff, echtgenote van Hendrik Ruytenberg, winkelier, en Helena Geertruida Molengraaff, weduwe van Jan Frederik Stork in Amsterdam, alsmede Jean Henri Molengraaff, predikant NH gemeente in Doornik, provincie Henegouwen, allen erfgenamen van wijlen Antoni Losecaat in Eindhoven, aldaar overleden 3 maart 1829. Zij verzoeken om ontzegeling van de nagelaten goederen ten huize van Theo van de Kerkhof, logementhouder in Eindhoven. Aldus geschiedt op 16 maart 1829. De zegelbewaarder Willem Versantvoort wordt van zijn taak ontheven.