Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Enkele honderden Osse gezinnen hebben dan al vijf jaar een aansluiting op een gemeentelijk stroomnet, en hoewel in de omringende plattelandsgemeenten ’s avonds nog overal de petroleumlamp brandt, is ook daar “electrificatie” een toverwoord. Ongetwijfeld is dat het resultaat van de uitgebreide promotiecampagnes van de Provinciale Noordbrabantse Electriciteits Maatschappij (PNEM), die in 1914 is opgericht. Zo is in een wijdverspreide brochure eerst de werking van de elektrische lamp uitgelegd en daarna gewezen op de risico’s van “de zoo gevaarlijke petroleum- of carbidlamp”, waarvoor je wél lucifers nodig hebt. Bovendien is bij elektrische lampen geen sprake “van vuile of stukgesprongen lampeglazen, van opzetten van kousjes en indraaien van lampekatoen”. Tot slot presenteert de PNEM een tabel waaruit blijkt dat elektriciteit goedkoper is dan gas en petroleum.
Van de Wert is helemaal overtuigd van de voordelen van elektrische stroom, wanneer hij op 11 november 1927 de Lithoijense raad voorstelt bij de PNEM een aanvrage te deponeren tot “electrificatie” van de gemeente. De raad stemt daarmee in en nog vóór de kerst komt de reactie van de PNEM binnen. Daarna wordt twee jaar gewikt en gewogen over een plan voor een gemeentelijk elektriciteitsnet, nagenoeg gelijktijdig met buurgemeente Oijen en Teeffelen. Op 8 mei 1930 gaat de raad akkoord met het definitieve plan, dat 10.500 gulden kost: 8.700 voor een transformatorhuisje en een laagspanningsnetwerk, 800 voor zeven straatlantaarns en circa 1000 voor één gratis lichtpunt (à 10 gulden) per aangeslotene op het net. Voor de aanlegkosten gaat de gemeente een lening aan.
Op de avond van 1 oktober 1930 heeft zich een grote menigte verzameld bij het gloednieuwe transformatorhuisje. Tientallen Lithoijenaren horen hun burgemeester daar bijbelse woorden spreken: “Het worde licht!” En dan gaat in het dorp het elektrisch licht aan, op straat en later ook in het raadhuis, de scholen en een groot aantal woningen. De petroleumlamp heeft hier zijn beste tijd gehad.
Dit verhaal verscheen eerder in Brabants Dagblad