
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
In de tweede helft van de negentiende eeuw begon de katholieke kerk een offensief om de gelovigen te disciplineren. Men richtte zich daarbij heftig tegen ‘werelds vermaak’. En daar viel veel onder: dansen en feesten natuurlijk, maar ook gemengd schaatsen op de vijver was een gevaar voor de zedelijkheid. Zelfs de traditionele gilden werden doelwit van de geestelijkheid.
Weliswaar waren de meeste gilden ontstaan uit kerkelijke broederschappen, maar de gildenfeesten behoorden - naast de kermis, ook al zo iets verfoeilijks - tot de belangrijkste dorpsvermaken in de negentiende eeuw . Net als in veel andere plaatsen kwam het ook in Haps tot een confrontatie tussen pastoor en gilde.
Pastoor Van Veerssen begon met een maatregel die waarschijnlijk bedoeld was om de adventstijd rustiger te laten verlopen: hij verplaatste eigenmachtig het patroonsfeest van het St. Nicolaasgilde van 6 december 1841 naar begin januari 1842. En hij ging door: na het uitgestelde gildefeest verklaarde hij op 16 januari vanaf de preekstoel dat ongehuwde dochters niet meer bij gildenfeesten aanwezig mochten zijn en dat ongehuwde mannen niet meer met gehuwde vrouwen mochten dansen. Als pastoor had hij ook een machtig dreigmiddel: wie die regels overtrad, werd uitgesloten van de biecht en de paascommunie.
Zijn donderpreek wekte groot ongenoegen in het dorp. Want de deken van het Land van Cuijk stond in zijn parochie de gildenfeesten zonder beperkingen toe. Boze parochianen gingen bij de pastoor om opheldering vragen. De pastoor voelde zich zo bedreigd dat hij zijn huis ontvluchtte.
Hij had het dan ook allemaal behoorlijk ontactisch aangepakt. Eerwaarde had namelijk doodleuk verklaard dat alle ongehuwde jongens en meisjes die aan de feest- en plezierdagen van het St. Nicolaasgilde hadden deelgenomen - dus achteraf - van de Paasbiecht werden uitgesloten. Er was maar één mogelijkheid om dit ontlopen: deemoedig vergiffenis vragen en plechtig beloven om nooit meer aan gildenfeesten deel te nemen.
Er waren natuurlijk dorpelingen die dachten de pastoor te slim af te kunnen zijn: zij gingen ergens anders biechten. Maar ook deze slimmeriken kwamen van een koude kermis thuis. Zij werden door Van Veerssen hoogstpersoonlijk van de communiebank verwijderd. Het werd de dorpelingen te machtig.
Dertig mensen - onder wie vijf van de zeven raadsleden (met uitzondering van de burgemeester en de wethouder) - schreven een klaagbrief aan de apostolisch vicaris in Den Bosch. Hoe de gemoederen precies gekalmeerd zijn, is niet bekend. Mgr. Zwijsen bezocht Haps in het najaar van 1842, pastoor Van Veerssen bleef daarna nog heel lang pastoor van de Nicolaaskerk in Haps en het Nicolaasgilde bestaat nog steeds...