Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Bij die vraag ligt de sleutel tot het raadsel: Pierre Cuijpers heeft dit labyrint, want dat is het, ontworpen als onlosmakelijk onderdeel van zijn concept van de Lambertuskerk. Hij stond daarmee in een lange traditie, die wel zo’n 6.000 jaar teruggaat.
Je zou kunnen zeggen dat labyrinten al zo oud zijn als de weg naar Rome, maar in feite gaan ze nog veel verder terug in de geschiedenis. De oudst bekende (uit het Neolithische tijdperk, 4.000 tot 6.000 jaar geleden) zijn gevonden in het Middellandse-Zeegebied, maar ze komen over de hele wereld voor.
Labyrinten kenmerken zich door een lang slingerend pad naar een eindbestemming. Dit in tegenstelling tot doolhoven, waarin je keuzes moet maken tussen verschillende paden, omdat ze zich splitsen en dood kunnen lopen. Het labyrint symboliseert de zoektocht van de mens naar een bepaalde bestemming. In een doolhof verlies je je weg, in een labyrint vind je juist je weg. Het lopen van een labyrint wordt dan ook gezien als een meditatieve, rituele handeling.
Het labyrint heeft dus altijd een spirituele of religieuze lading gehad. Ook binnen het christendom heeft het labyrint zijn plaats gevonden. In de eerste Europese kathedraal, die van Ravenna, is in de vloer een labyrint verwerkt. De kathedraal van Ravenna dateert van rond het jaar 600. Vele grote kerken in Spanje, Italië en Frankrijk volgden dit voorbeeld.
Na de Renaissance verloor men echter de belangstelling voor het labyrint in de kerkenbouw. In de 17e en 18e eeuw gingen zelfs vele labyrinten verloren. Een van de uitzonderingen daarop was het labyrint van de kathedraal van Chartres. Tot op heden worden bezoekers gefascineerd door het vloerlabyrint in het schip van deze 13e eeuwse gotische kathedraal.
Toen architect Cuijpers begon aan het ontwerp voor zijn eerste grote kerk, de Lambertus in Veghel, vormde de kathedraal van Chartres zijn voornaamste inspiratiebron. Vooral aan de toren zijn heel duidelijk de invloeden van Chartres te zien.
Ook de aanleg van het tegellabyrint voor de ingang van de Veghelse kerk moet onder invloed van Chartres tot stand zijn gekomen. Zo’n labyrint bij kerkenbouw was al lang niet meer gebruikelijk. Cuijpers heeft met het Veghelse labyrint een eeuwenoude, maar vergeten traditie als het ware nieuw leven ingeblazen.
Hij veroorzaakte zelfs een (kortdurende) mode in de architectuur. Aan het einde van negentiende eeuw (de tijd van symbolisme en esoterie in de kunst) zien we het namelijk vaker gebeuren dat bij de bouw van kerkgebouwen in of voor de kerk een labyrint wordt gemaakt in de vorm van een tegelmozaïeken. Veghel is daar een vroeg voorbeeld van.