Jan I is telg uit een oud geslacht dat zijn oorsprong vindt in de Tielerwaard. Als de familie het Land van Cuijk in leen heeft gekregen van de keizer gaat ze zich 'Van Cuijk' noemen, voor het eerst in 1096 (wie grond van iemand in leen krijgt of heeft heet leenman; die ander is zijn leenheer. Een leenman heeft verplichtingen aan zijn heer, zo moet hij desgevraagd met hem ten strijde trekken). De familie staat hoog in aanzien, en diverse zonen Van Cuijk hebben dan ook belangrijke functies. Zo is Andreas bisschop van Utrecht. Maar dan slaat het noodlot toe. Herman en zijn broer Godfried van Cuijk krijgen ruzie met Floris de Zwarte, broer van graaf Dirk VI van Holland, over een huwelijk dat de ene partij wel en de andere juist niet wil. Het komt tot een gevecht en Floris wordt gedood (1133). Graaf Dirk trekt daarop met een flinke legermacht naar het Land van Cuijk en steekt de brand in alles wat hij tegenkomt. Keizer Lotharius is verwant aan Floris; hij bepaalt dat de heren van Cuijk hun bezittingen moeten verlaten. Maar keizer Lotharius sterft al snel en de heren van Cuijk komen terug. 1)
ambachtslieden en dat wordt de stad Grave. . 2)
De oudste vermelding van Grave en de betekenis
De naam komt op schrift voor het eerst voor in 1214. 3)
De betekenis van de plaatsnaam stamt ook uit die periode en is volgens naamkundigen te herleiden naar het werkwoord graven of de afleiding daarvan “gracht” (vroeger ook gespeld als graft of graaff) dat gegraven waterloop betekent. 4)
Wanneer kreeg Grave stadsrechten?
Mogelijk heeft Grave in het begin van de tweede helft van de dertiende eeuw van de Gelderse graaf Otto II stadsrechten verkregen en zijn deze perkamenten verloren geraakt. Onderzoek heeft tot nu toe geen duidelijke indicaties daarover opgeleverd. 5)
Ook is mogelijk dat omtrent 1240 stadsrechten zijn verleend door de hertog van Brabant.
Op een of andere manier moet het stadsprivilege [als er al één privilege was waar deze rechten in stonden beschreven] van Grave zijn zoek geraakt, mogelijk bij de grote brand van 1415. Wellicht is er ook wel sprake van een aantal privileges dat in de loop der tijd is toegekend. In een stadskeur staat een opsomming van de regels en rechten welke te Grave gewoon waren. Dit stuk is ongedateerd, waarschijnlijk niet het oorspronkelijke maar zal vermoedelijk een 16e eeuw geschrift zijn. 6)
In 1290 geeft Floris V de 'gemene poorters' (burgers) van Grave het exclusieve recht van tolvrijdom (op alle rivieren werd vroeger tol geheven) over hun scheepsgoederen in zijn graafschappen Holland en Zeeland. Als tegenprestatie geeft Jan I van Cuijk de burgers van Dordrecht tolvrijheid in het Land van Cuijk. 7) Maar desondanks zijn er vaak conflicten over de hoogte van de tolheffing, taxatie van goederen, maten en gewichten, de waarde van het geld en ontduiking van privileges.
Talloze zijn de voorbeelden daarvan in onderhavig archief.
Het burgerrecht van Grave is echter erg aantrekkelijk en de eenvoudigste manier om dat recht te krijgen is te trouwen met een Graafse burgerdochter.
In 1682 verscheen ook een boek van J. Cristijn in Antwerpen getiteld: Costuymen ende Usantiën der Stadt vanden Grave : Costuymen ende Usantiën vande stadt ende lande van Cuyck.
Komt daar nog bij dat Grave vesting werd. Dan spreekt men tenslotte van een stad. De oudst bekende akte, waarin de schout en schepenen van Grave worden genoemd, dateert van 1254. 8)
De heren van Cuijk hebben allure door velerlei betrekkingen met Holland, Gelderland en natuurlijk Brabant. Langzaamaan treedt de stad dan naar voren als vesting met wallen en muren.
In 1285 is Grave versterken in verband met de dreiging die uitging van het gebied van Gelre aan de overzijde van de Maas. Hiermee werd de grondslag gelegd voor de latere vestingbouw die een zo sterk stempel op de geschiedenis van Grave gedrukt heeft.De Hampoort komen wij reeds tegen in 1309, gevolgd door de Brugpoort in 1346.
De heren van Cuijk of Kuyc zijn ook op ander gebied voor Grave erg belangrijk geweest. Zij waren omstreeks 1245 de stichters van de St. Elisabethkerk en kort daarna van het begijnhof. Jan I van Kuyc stichtte in 1290 het St. Catharina-gasthuis en onder hem werd de St. Elisabethkerk in 1308 tot kapittelkerk verheven.
Het zeer rijke gast- en geesthuisarchief van Sint-Catharina is door de eeuwen heen wel intact gebleven. Het vult met zijn 2000 charters (oorkonden op perkament) allerlei oude lacunes op in het stadsarchief. In de eerste plaats echter geeft het een prachtig beeld van namen en bezittingen door de eeuwen heen.
In het midden van de 15e eeuw is Grave door en door een Gelderse stad en draait volop mee in de Gelderse stedenbond. 9)
De baronie van Grave en het Land van Cuijk werden in 1559 als een pandheerlijkheid aan Willem I van Oranje uitgegeven. Door de turbulente gebeurtenissen (begin 80-jarige oorlog) en de opstelling van de Zwijger werden zijn goederen in 1568 verbeurd verklaard door de landheer Philips II.
In 1568 komt er een Spaanse bezetting in het vestingststadje.
De stad Grave leed ontzettend veel schade tijdens het beleg van 1674 waar Staatse troepen de Fransen na veel moeite tot overgave dwongen.
Men telde in de 18e eeuw dikwijls meer leden van het garnizoen binnen de wallen dan eigen
inwoners. Doortrekkende regimenten werden soms in barakken gehuisvest of gewoonweg bij burgers ingekwartierd, hetgeen vele klaohten ten gevolge had. Aan de andere kant vormde het garnizoen ook weer een belangrijke bron van bestaan. Grave werd beschouwd als een
eerste klas vesting. In 1742 en 1743 werden twee blokken kazernes gebouwd voor 1200 man. 11)
De erfgenamen van de Oranjes behielden dit goed tot 1795, het jaar waarin de oude regering, het Ancien Régime, in het algemeen definitief het veld moest ruimen.
1)
target="_blank">website van Canon van Grave - Entoen.nu
Van deze Canon van Grave is voor deze inleiding gebruik gemaakt.
2) Merlet 47, 2011, pag. 52
3) A.C.F. Koch ed. Oorkondenboek van Holland en Zeeland tot 1299, ' s Gravenhage
1970, deel 1, nr. 348
Maurits Gysseling Toponymisch Woordenboek van België, Nederland,
Luxemburg, Noord-Frankrijk en West-Duitsland [voor 1226], uitgegeven door
het Belgisch Interuniversitair Centrum voor Neerlandistiek, 1960
4) website BHIC, plaatsnaam Grave in vogelvlucht; Bronnen naamgeving:
target="_blank">website van het BHIC
Land van Cuijk, 33 dorpen en een stad / R. van den Brand en
H. Douma. – Boxmeer : Historische Kring Land van Cuijk, 2002. - p. 144; Het
plaatsnamenboek: de herkomst en betekenis van Nederlandse plaatsnamen / Gerald
van Berkel en Kees Samplonius. – Van Holkema en Warendorf, 1989. – p. 68
5) bron: Merlet 47, 2011, pag. 52
6) Onder inv.nr. 78.1 van onderhavig archief.
7)
website van Canon van Grave - Entoen.nu
8) Oorkondenboek Noord-Brabant: http://www.donb.nl/beheer/afbeeldingen/
1255.03.27-na1254.04.10/view?searchterm=1255
9) Geschied- en aardrijkskundige beschrijving der stad Grave, P. Hendrikx, Grave 1845
Memoriaal : of, beschryving van den stad Grave en den lande van Cuyk : Stucken en
documenten behoorende tot het memoriaal aangaande de stad Grave en lande van
Cuyk
Diderik Paringet, Utrecht 1752;
10) Merlet 13, 1977, pag. 43
11) Merlet 13, 1977, pag. 48
NB.
Er is veel gepubliceerd over Grave, zie daarvoor de bibliotheek van het BHIC.
1096Land van Cuijk rijksleen Duitse keizerrijk
12e eeuw stichting burgt in Grave door heren van Cuijk als wijkplaats
1214 de eerste vermelding in documenten (welke?)
1233 stadsrechten van hertog van Brabant, leenheer van heren van Cuiijk
1308Grave en het Land van Cuijk krijgen van Jan I in 1308 gemene gronden
1388 slag bij Niftrik (Ravenstein), Gelders ontzet beleg Grave door Brabant;
1400-1423 hertog van Gelre door vererving
1415 grote stadsbrand
1423 heren van Egmond
1472 Karel van Bourgondië
1473brouwers van Grave alleenrecht om bier te brouwen voor hele Land van Cuijk
1492 Maximiliaen van Oostenrijk
1536Vrede van Grave tussen keizer Karel V en hertog Karel van Gelre
1559 pandheerlijkheid van Willem I van Oranje
1568 Spaanse bezetting (gouverneur Caspar Gomez op bevel van Alva)
1577 Staats (muiterij olv stadsbestuur na jarenlange afpersingen: zelfbestuur)
1586 Spaans (Parma)
1602 Staats (Maurits)
1648 onderdeel van Staats-Brabant
1672 Franse bezetting (Chamilly)
1674 Staats (Rabenhaupt)
1794 Franse bezetting (generaal Salme)
1814 Nederlands (inname door troepen o.l.v. jhr. lt kol ing M.A. Snoeck)
[bij inspectie van troepen voor de vesting begin feb 1814 was Willem II even aanwezig]