Archieven

120 Voor mij notaris verscheen de heer Jacobus Eemens drossaard van de heerlijkheid Hilvarenbeeck en machtigt hierbij sr. Geraert van Noort, notaris en secretaris van de stad Den Bosch en machtigt hem om van bepaalde personen die hij alsnog in een lijst zal opgeven, bepaalde achterstallige sommen geld te innen, die zij aan de opdrachtgever schuldig zijn, hetzij dat in der minne te doen hetzij met rechtsmiddelen. De gemachtigde dient daarbij alles te doen dat rechtens nodig is en alsof de opdrachtgever daar zelf bij aanwezig zou zijn geweest. De opdrachtgever belooft alles na te komen wat daarin door zijn gemachtigde zal worden gedaan en zal hem daarvoor vrijwaren behalve dat de gemachtigde hem er later wel verantwoording over af moet leggen. Aldus gepasseerd in Den Bosch op 25 maart 1688 in aanwezigheid van sr. Jacobus van Waermont en Abraham Doremans als poorters van Den Bosch. Getekend : J. Emens, A. Dooreman als getuige, Jacobus van Waermont getuige, mij present W. Mans notaris.

114 Voor mij notaris verscheen de heer Wilhelmus Copes, dienaar van de gemeente van Helvoirt in de heerlijkheid van Berlicom en van de kapellen die daarbij horen voor de plaatsen Middelrode en Caethoven, verder Godert van Eeuweijck kerkmeester van de kerk van Berlicom en de kapellen van Middelrooij en Caethoven en machtigen hierbij Cornelis van den Hoolaert wonend te Delft en geven hem opdracht om namens hen de som van 600 karolusguldens te innen van de heer Johan van Bleijswijck als ontvanger genaraal der kerkelijke goederen van Holland en daarvoor kwitantie te geven. Die som geld was aan de gemachtigden door de Raad van Staten van Holland en West Friesland toegewezen voor een subsidie om daarmee de kerk van Berlicom en de kapellen van Middelrode en Caethoven te repareren alles volgens de resolutie van de gecommiteerde Raden d.d. 6 november 1687. De gemachtigde moet die 600 gulden zo spoedig mogelijk daarna ter hand stellen en daarvan verder rekenschap over afleggen. Aldus gepasseerd in Den Dungen 17 november 1687, in aanwezigheid van de heer Didderick Groen pastoor alhier en de heer Johan Pitten. Getekend : W. Copes ecclesiastes in Berlicom en Middelrooij, God. van Ewijck kerkmeester, Dirck Groen testis, J. Pitten getuige, mij present W. Mans notaris.

111 Voor mij notaris verscheen juffrouw Hendrina van Nieuwenhuijse weduwe van sr. Johan van Westacker in zijn leven koopman te Heusden, die hierbij machtiging geeft aan de heer W. Meijburgh procureur in de stad Den Briel en geeft hem machtiging om namens haar van mevrouw de weduwe van de heer .... van Sliedracht in diens leven gouverneur van de stad Heusden het geld te innen dat zij van deze mevrouw heeft te vorderen voor geleverde haver en koren etc. volgens het register van de comparante zoals dat was bijgehouden door wijlen haar man waarvan een ondertekend uitreksel is gemaakt en aan de gemachtigde is toegestuurd. De gemachtigde dient het geld daarvan te ontvangen, kwitantie te geven en als hij het geld niet in der minne kan ontvangen moet die zulks met rechtsmiddelen invorderen. Verder moet de gemachtigde daarin alles doen dat zij zelf als opdrachtgeefster indien aanwezig ook gedaan zou hebben. De opdrachtgeefster belooft alles na te komen wat door de gemachtigde zal worden gedaan en ze zal hem daarvoor vrijwaren, behalve dat de gemachtigde haar later daarvan rekenschap moet afleggen. Gepasseerd te St. Michielsgestel op 5 november 1687 in aanwezigheid van de heer Abraham Schortes en Henrick Wouters de Vissere als getuigen. Getekend : H. van Nieuwenhuijsen wed. van J. van Westacker, A. Schortes getuige, Handrick Wouters de Visscher, mij present W. Mans, notaris.

109 Voor mij notaris verscheen de heer Diderick Groen predikant in Den Dungen en joffrouw Elisabeth Groen zijnde diens zuster en machtigen hierbij de heer Abraham Hibelet predikant van de franse gemeente in de stad Den Bosch om namens hen naar het sterfhuis te gaan van wijlen heer Lambertus Groen in diens leven predikant in de stad Haarlem, en daar het nagelaten bezit te delen en alles daarin te doen dat nodig is wat betreft de belangen van de comparanten. De gemachtigde moet daarvan het geld ontvangen, kwitantie geven en alles wat verder nodig is en zij zelf als opdrachtgevers ook gedaan zouden hebben. De opdrachtgevers beloven alles na te komen wat daarin door hun gemachtigde zal worden gedaan en zullen hem daarvoor vrijwaren behalve dat de gemachtigde er later wel rekenschap over af moet leggen. Aldus gepasseerd in Den Bosch op 1 november 1686, in aanwezigheid van de heer Johan Anthonij de Juge en Teunis Reijnders van Rosmalen als getuigen. Getekend : Theodorus Groen, Elisabeth Groen, de Juge, dit merk + van Teunis Reijnders, mij present W. Mans notaris.