Archieven

9 Testament
Antonius Wilhelmus Janssen te Oss

817 Testament voor IJewen Reijnderss van Huemen en Claes Claesz van Liebergen schepenen binnen de vrijheid van Oss van Gisbert Janss van Gelenborch en Mettelt dochter van Rombout Verhaigen zijn wettige vrouw. Ze vermaken aan Jenneken hun dochter een jaarlijkse cijns van 6 carolusgulden jaarlijks aan Dina de Greeff afkomstig van Joost van Mun en nog 3 carolusgulden jaarlijks aan Peter Willems uit de hof waar Arien Wijnen op placht te wonen. Indien Jenneken zonder wettige kinderen overlijdt, dan zullen genoemde 3 carolusgulden naar Aelken dochter van Lijn Rommen gaan. Ze vermaken aan Aelken Lijn Rommen een dragende ‘mael’. Ze vermaken aan Wijnandt Rommen hun aandeel in Lijn Rommen hoff indien Jenneken hun dochter overlijdt zonder wettige kinderen. Ze vermaken al hun goederen aan Jenneken hun dochter. Aan Meriken dochter van Ghisberts voorschreven vermaken ze ½ malder rogge jaarlijks aan Fije Reijntkens uit de hof en nog 1 oude groot eens of 2 stuivers. Verder heeft Ghisbert verklaard dat Jeronimus kinderen te Drunen jaarlijks een pacht hebben van ½ malder rogge die drie of vier jaar achterstallig is. Hij wil dat die betaald wordt. Tot mombers en curatoren over Jenneken hun dochter benoemen ze Peter Broessen, Wijnnandt Arien Wijnen en Wijn Rommen.

784 Testament van Hanrick Zebertsz en Kathelina zijn wettige vrouw dochter van wijlen Cornelis Rembouts. Zij vermaken aan Sint Wilbort hun patroon 1 stuiver eens. De langstlevende zal mogen verkopen, vesten, belasten en vervreemden met weerschap op al hun goederen een kamp land binnen de parochie van Oss op Ussen groot 4 morgen en 3 hond, en nog 3 vatzaden land in de Roijen onder voorwaarde dat de langstlevende zal moeten lossen en kwijten hun pachten en cijnzen groot 400 carolusgulden eens en het overschot beleggen ten behoeve van hun kinderen. Tot mombers van hun kinderen hebben ze gekozen Hanrick Hornkens stadhouder en IJewen van Huemen. Getuigen: Claes van Liebergen en Jan Anthonis Gheris.

602 Vidimus door Willem Gheris Didden en Dirick Bogarts Diricxz schepenen binnen de vrijheid van Oss van een testament opgemaakt voor schepenen van Oss en bezegeld met het ‘comzegel’ van de vrijheid op 27-1-1563 (=1564). Voor Wouter Jacopsz en Jan Matheusz, schepenen van Oss, zijn verschenen Willem zoon van wijlen Claes de Roije, Jutken, Michielken en Lijsken, zusters, kinderen van wijlen Claes de Roije en van Hilleken Michiel Seijnsen dochter, die hun testament opmaken. De langstlevende zal de goederen bezitten. Lijsken vermaakt aan haar broer Claes de Roije 5 hond land gelegen in de parochie van Oss achter die Speldonck. 3-2-1564 (=1565).