Archieven

109 Wij Jan Janssen Spierincks en Willem Adams schepenen van St. Michielsgestel verklaren dat wij vandaag op verzoek van de erfgenamen van wijlen Guiliam Aert Janssen die in het dorp Vucht is overleden het bezit hebben getaxeerd dat die in St. Michielsgestel heeft nagelaten. Een stuk akkerland groot ca. 4 lopenzaad, gelegen te St. Michielsgestel op de Hooghstraat, b.p. Huibert Gerrits. Hieruit jaarlijks aan de heer van Herlaer 2 stuivers en 2 deniers als gewinchijns en ca. een vierde roede aan dijkonderhoud aan de kleine brug te Gestel. Boven de lasten getaxeerd op 400 gulden. Aldus getaxeerd te St. Michielsgestel op 27 december 1660.

108 Er is een kwestie ontstaan tussen señor Gisbert Karsmans ter ener zijden en señor Jan Antonissen van Huijsberch ter andere zijde over een bepaalde rijweg en uitgang van hun hoeve, ter Wiel genoemd, gelegen te St. Michielsgestel welke hoeve deze van den Huijsberch daar heeft aan het einde van de varkenskooi van deze Huijsberch en ook over diverse pretenties zowel over de omheining die partijen op elkaar hebben en waarover dreigen processen te ontstaan. Om alle onmin daarover verder te vermijden, hebben partijen daarom om inspectie verzocht door schepenen alhier, te weten Willem Adams de Gestel, Jan Janssen Spierincks, Adriaen Janssen Vercuijlen, Aert Jacobs van Groenendael en Jan Jans Broeren zodat er daarna overeenstemming kan worden bereikt. Daarop hebben wij schepenen vandaag ons begeven op die hoeve ter Wiel en hebben partijen daar diverse voorstellen gedaan aangaande die weg en ook over andere kwesties. Er is nu in zoverre afgesproken dat van Huijsberch zijn uitgang zal mogen blijven houden over het einde van de akker die eigendom is van genoemde Karsmans naast de varkenskooi en die moet daar een hek hangen tot aan de varkenskooi om daar dan een tuin of omheining te maken, vandaaruit van het hek naar de straat toe of naar het andere hek van genoemde Karsmans dat ook omheind dient te worden en moet er naast het hek van deze Karsmans aan de straat een klein hek komen om zijn beesten door te mogen laten zodat men elkaar het minste schade toebrengt. Genoemde van Huijsberch heeft beloofd zulks te zullen doen voor het einde van de maand mei van het jaar 1661. Daarmee zijn partijen het samen eens geworden en de overige meningsverschillen komen later aan de orde. Actum 13 november 1660.

107 Verschenen voor schepenen is Gerrit Hendricks van de Loo oud ca. 50 jaar en verklaart onder ede op verzoek van Adam Aerts van Heijnsberch, burger van de stad Den Bosch dat maandag nu 14 dagen geleden smorgens heel vroeg, de persoon van Hendrick Willem Spierincks naar zijn huis is gekomen vragend naar de requirant, zeggend * waar is Adam* en daarop had hij attestant geantwoord dat weet ik niet, waarop Hendrick weer zei, *zeg tegen Adam dat ik de hop niet naar Turnhout wil brengen* of andere woorden. Actum 2 december 1660.

106 Wij Willem Adams en Jan Jans Spierincks verklaren dat vandaag voor ons is verschenen Jacob Joris oud ca. 75 jaar en Goijaert Adriaen Joris oud ca. 40 jaar en Cornelis Marcelis van de Dootleggen oud ca. 33 jaar, allen inwoners van St. Michielsgestel die onder ede eendrachtig hebben verklaard op verzoek van Adam Aerts van Heijnsberch burger van de stad Den Bosch dat ze ongeveer drie weken geleden ten huize van genoemde Jacob Joris zijn geweest en daar hebben gehoord en gezien dat de requirant van een zekere Hendrick Willem Spierincks een hoeveelheid hop heeft gekocht, die hop daar had laten zakken (in een zak doen)voor een bedrag van 80 gulden onder voorwaarde dat Henrick Willems die hop maandag erna naar Turnhout zou brengen met zijn kar, en dat de requirant hem daarvoor een halve rijksdaalder zou geven. Ze verklaren dat ze daar toen de wijnkoop op hebben helpen drinken. Actum 2 december 1660.