Archieven

51 Rekest van Christiaan van Mierlo [elders Meerlo], en Johannes Monnen [elders Moonen] en andere ledematen van de roomse religie te Gestel en Blaarthem bij Eindhoven over de reeds enige maanden geleden overleden pastoor Petrus Strijbos en dat vanwege de vacature in het vicariaat van het bisdom daar nog niemand anders is benoemd en dat daardoor steeds meer wanorde ontstaat in hun gemeente en verzoeken de Ho: Mo: hen te permitteren dat een zekere Hendrikus Hendrisse [elders Hendrickse] als deservitor ad interim, een rooms priester geboortig van Amsterdam en thans kapelaan te Geldrop. de diensten aldaar mag waarnemen; een kopie van dit rekest wordt doorgestuurd naar de kwartierschout van Kempenland. – zie ook folio 527, 561

18 Zeer uitvoerig relaas van de heer Willem van Boekholt ijkmeester generaal van de Meierij van ’s-Hertogenbosch die door regenten van dorpen en heerlijkheden voortdurend wordt tegengewerkt om zijn functie uit te oefenen want ieder dorp of heerlijkheid beweert een particuliere ijkmeester te hebben die op basis van een privilege is aangesteld [met details]. – zie ook folio 666 e.v. [reacties vanuit Loon op Zand, gevolgd door baronie van Boxtel, heerlijkheid Asten, heerlijkheid Drunen, vrijheid Sint Oedenrode [2x], Liempde, Geldrop, Heeze en Leende, heerlijkheid Vlierden, , heerlijkheid Waalre en Valkenswaard, heerlijkheid Beek en Donk, heerlijkheid Deurne en Liessel, corpus van Oirschot, heerlijkheid Hilvarenbeek, heerlijkheid Tilburg en Goirle, vrijheid Waalwijk

122 Rekest van de roomse ingezetenen van Mierlo in kwartier Peelland die om permissie hebben verzocht om een nieuw kerkenhuis te mogen bouwen naar het model bekend uit Geldrop en Nuenen; dat de supplianten in 1752 hun kerkenhuis hadden gemaakt conform het model van Nuenen voor wat betreft de uiterlijke gedaante en van binnen mede alzo op die wijze ‘den timmer aangerigt’ met voornemen om die mede te voltooien zoals in Nuenen is gebeurd nl. ‘de stijfbanden in te doen en den booventimmer te bekleeden met plancken, het welck de supplianten gaarne souden volbrengen, te meer, alsoo den timmer daartoe was aangeleght ende swakheyd van den timmer sulcks nu noodsakelyck vereischte, te meer omdat de banden daar in tot styving gemaakt behooren te worden, als wanneer met dat van Nuenen volkoomern over een soude koomen, volgens de voorschreve permissie in gemelde resolutie ]27.12.1751] vervat; dogh dat somwijle mogte worden begreepen, dat sulcks nu soude aanloopen tegens haar Hoogh Mogende resolutie van 20 december 1752, waarby haar Hoogh Mogende hebben verstaan dat geene vernieuwingen, timmeragien nogh melioratien binnen de Roomsche Kerckenhuysen moogen worden gemaeckt. sonder permissie van haar Hoog: Mog:, versoeckende de supplianten derhalven, dat haar Hoogh Mog: by interpretatie gelieven te verklaaren, dat de supplianten haar voorschreven kerckenhuijs meede van binnen moogen voltooien op die wyse en ordre als dat van Nuenen, in gevolge haar Hoogh Mogende resolutie van 27 december 1751’- een kopie wordt gezonden aan de kwartierschout van Peelland ter advisering aan haar Ho: Mo:. – zie ook folio 723

15 Rekest van Willem de With lidmaat van de gereformeerde religie zoals blijkt uit de toegevoegde attestatie, inhoudende dat Gijsbertus Gualtheri, secretaris van Son Breugel Geldrop en Lierop vermits zijn hoge jaren en lichamelijke zwakheid en gebreken aan zijn rechterarm waardoor hij amper zijn naam op papier zou kunnen schrijven, niet meer in staat is zijn functie uit te oefenen en op 11 december 1752 had geautoriseerd Pieter de Leeuw tot het waarnemen der secretarieën van Geldrop en Lierop, een autorisatie die de Ho: Mo: op 30 januari 1753 hadden geappobeerd; dat de voors. Pieter de Leeuw de secretarie van Helmond had toegewezen gekregen en afstand heeft moeten doen van Geldrop en Lierop; dat genoemde suppliant Willem de With was aangesteld om de secretarie van Geldrop bij substitutie waar te nemen zoals blijkt uit een akte van 7 januari van dit jaar en wordt verzocht om approbatie van die aanstelling