skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Saskia Green
Saskia Green Bhic
Menu
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Saskia Green
Saskia Green Bhic

Notaris-, schepen- en andere akten

Notaris-, schepen- en andere akten

Met "Notaris-, schepen- en andere akten" zoek je in een groeiend aantal samenvattingen van akten van notarissen en schepenbanken in het noordoosten van Brabant. En bovendien in de akten van diverse andere instellingen met betrekking tot Brabant (Raad en Rentmeester Generaal der Domeinen, Leen- en Tolkamer, Raad van State en Staten-Generaal). Alle akten betreffen de periode van de 15e t/m de 19e eeuw.

Van veel akten zijn scans beschikbaar. Als een akte nog niet is gescand, kun je meestal gebruik maken van onze gratis service scannen-op-verzoek. Meer info >

Wil je weten welke bronnen al beschikbaar zijn, nieuw of in bewerking? Bekijk dan het complete overzicht. Wat zit er in? >

Veel samenvattingen zijn gemaakt door onderzoekers en vrijwilligers, die hun bestanden ook aan ons hebben gegeven. Zo zijn deze voor veel mensen makkelijk te vinden. Heb je ook bestanden die je via onze website wilt delen? Leuk! Neem dan contact met ons op: info@bhic.nl

> Meer info over notariële archieven

> Algemene hulp en zoektips

Filter: Fundatiex
beacon
64  notaris-, schepen- en andere akten
sorteren op:
 
 
 
 
Schepenakte
188a [VERVOLG AKTE] Hyer inne voorsien oft in eenigher tyt gebuerden dat eenich van de jonghes voors. binnen middelen tyden syns studioms (?) afflyvich werden, soe wilt de voorgenoemde Heer Geraert donatuer, dat men dan eenen anderen daer toe bequam wesende inde plaetse van d afflyvighen nemen sal, nijet de rijcxste maer van den aermsten ende gheen natuerlycke maer wettighe kynderen – Ende oft gebuerde dat eenighe van de jonghes totte sake voors. geeligeert synde binnen middele tyde hun stuioms hun ongereglt oft onbehoirlyck droegen ende soo hen des onwerdich maeckten, soo wilt de voorgenoemde Heer Geraert Creyt donatuer dat dan ende plaetse van deselve jonghen byde gheene in elck dorp ende parochie voors. van stonden aen een ander bequam jonghen geeligeert sal worden – Ende de vijffentwintichsten die vande eenendertich Carolus guldensende vyff st. tsiaers voors. jaerlycx overschieten sullen, wilt de voorgaende donatuer dat jaerlycx comen sullen te weeten deen helft oft die twelff ende een halve st. daer aff den gheene tot Alphen ende de andere twelff ende eenen halven st. den gheenen tot Diessen die de rente voors. jaerlycx in crijgen, ontfanghen ende voorts utgeven ende distribueren sullen tot behoeff van de jonghes voors. – Ende ten eynde allet tgheene des voors. is altyt vastelyck onderhouwen worde, soo is de voorgenoemde Heer Geraert Creyt donatuer in meijninghe soo hy seijde ende hoopt van de schoutene ende schepenen ende gemeynten der twee dorpen ende parochiën voors. respective [682] te vercrijghen brieven ende bescheet daer mede de selve …. sullen allet gheene dat voors. is altyt vast ende ordelyck te onderhouden – Ende in soo verre by myn Eerw. den Prelaet van Tongerloo inder tyt soude bevonden worden, dat allet selve nyet volcomelyck naeder …. intentie ende meijninghe des donatuers voors. onderhouden volcomen ende ende achtervolcht en worde –
Vervolg:
Soo is de wille meyninghe ende verstant des selfs donatuers dat de selve myn Eerw. Heere de eenendertich Carolus guldens vyff st. jaerlycker renten voors., dan sal in vuegen ende bekeeren tot een anniversarie oft jaergetyt van hem donatuer ende van syn ouders ende vrienden inde twee dorpen ende parochiën ende van allet dwelck dat voors. is de voorgen. Heer Geraert Creyt donatuer versocht ende begeerde ofte meer opene brieven oft instrumenten gemaeckt ende utgelevert te worden naer bester formen – toirconde van allet dwelck dat voors. is wij schepenen in Breda voorgen: ten eersten versuecke van de die voorgen. onse segelen aen dese letteren hebben gehangen – Gedaen ende gepasseert ten hijse voorgen: Goris Buijsen staende tot Breda ende …….sessentwintichsten dach in junio anno xv c sessende sestich ende ondertekent Corput – Hec copia concordat cum suo originali quod attestor Fr. Joes [lees: Johannes] van den Hovel Alphen pastor.
Persoon in schepenakte:
Geraert Creyt  
Geraert  
Goris Buijsen  
Datering:
16.6.1566
Pagina:
680-682
Soort akte:
Fundatie
Plaats:
Breda / Alphen / Tongerloo / Diessen / Leuven
Toegangsnummer:
220
Inventarisnummer:
37
Bron:
Beurzenstichtingen
Geografische namen:
 
 
 
 
 
Schepenakte
188 Diverse ingebonden losse bladen.
Wij Geraert van den Broeck en Godert van Lochtenburch schepenen in Breda verklaren dat voor hen is verschenen Geraert Creijt priester en religieus van de abdij van Tongerloo op dit moment persoon of pastoor van de kerk van Alphen te kennen gevende ‘dat bij hem aenmerckende ende rijpelijck overleggende dat in dese periculeuse tyden de werelt vol berueren, dissentien ende secten wesende gheen saecke beter ofte meer van noode is dan te versien dat jonghens van gueden verstande ende anders bequaem van te studeren aen de schole ende tot het studeren gehouden worden om bij deselve tot geleertheijt gecomen sijnde der heijligher christelycker kercke tegens alle valsche leeringhen errueren ende verleijdinghe te mogen voorstaen ende goede simple lieden inden oprechten chrksten geloove instrueeren leeren ende ende onderhouden - hij pio zele [zeer dubieus] ende door goede affectie ende begerte [lees: begeerte] die hij totte saecke voor geruert dragende is beruert sijnde voor hem genomen heeft seeckere twee bursas tot sustentatie ende onderhout van jonghens aen sulcke studien, nae sijn cleijn macht ende faculteijt ende voor soo veel als by hem is te erigeren, op te richten ende te doceren – Ende de selve syn goede intentie, affectie ende meijninghe mynen Eerw: Heere den Abt van Tongerloo synen prelaet ende Overste gecommuniceert te kennen gegeven hebben ende dselve by synder Eerw. als syn Overste geobtineert heeft octroij, oirloff ende consent om tghene dat nae beschreven volcht te mogen doen , blyckende byden schriftelycken bescheede daer aff synde by syne Eerw. onder tekent van date opten sesthienden junij anno 1566 - Soo heeft die voorgenoemde Heer Geraert Creijt persoon der kercke van Alphen bij octroij, oirloff ende consent als voor tot erectie ende dotatie van de voor geruerde twee bursen gegeven gemaeckt, gewilt ende geordineert, geeft, maeckt, wilt ende ordineert met desen dat alsulcke eenendertich Carolus gulden ende vijff st.
Vervolg:
elcken Carolus gulden tot veertich grooten vlaems jaerlycker lossrenten den penninck sesthien tweeten met vijffhondert Carlus guldens eens, als by hem Heer Geraerden Creijt voorgenoemt op Gorissen Buysen schepen in Breda gecoft syn ende byden selven Gorissen Buysen veronderpant ende [[681] versekertnae vuytwysen des schepenenbrieff in Breda daer aff al nu tegenwoordelyck voor ons schepenen gepasseert syn. – Off in soo verre deselve eenendedertich Carolus gulden ende vyff st. jaerlycker lossrenten naemaels gelost werden de rente off renten die in de plaetsche van dyen ter selver natuere ende van gelijcke qualiteijt op andere sufficianten onderpanden gecoft sal oft sullen worden, nae de doot van hem Heer Geraert dselve natuer genomen, geappareert ende bekeert sullen worden, te weeten de vyfthien Carolus gulden tsiaers daer aff tot behoeff, sustentatie ende onderhout van eenen jonghen wettelyck geboren van den dorpe ende parochien van Alphen, daer hij Heer Geraert als tegenwoordich persoon oft pastoor is – Ende gelijcke vyfthien Carolus gulden tsiaers tot behoeff, sustentatie, onderhout van eenen anderen jongen wettelyck geboren van den dorpe ende parochie van Diessen aldaer hij Heer Geraert donatuer eertijts sekere jaren lang persoon oft pastoir geweest is, welcke twee jonghe[n]s van elck der twee dorpen oft parochyen voors. als dseve daertoe ierst genomen sullen worden, sullen wesen van de ouderdom van thien oft twelff jaren van goede eerlycke ouders geboren die van hen selfs oft van hunder ouders wegen de macht nijet hebben ende sullen om aende schole oft aent studeren te blijven ende van goede verstande ende bequamheijt alsoe dat men goeden hope ende verwacht hebben sal mogen dselve te mogen comen tot geleertheijt ende tot geschickte ende geleerde mannen –
Ende tot dyen eynde sullen de persoon soft pastoors oft in hun absentie hun cappelanen met de twee heijlighe geestmrs. inder tyt sijnde van de twee dorpen ende parochiën voors. respective
Vervolg 2:
hebbende de electie, verkiesingen ende aenneminghe van sulcke jongens de welcke hij Heer Geraret Creijt donatuer daer toe bidt, versoeckt ende begeert dat sulcke jonghes daertoe genomen ende verkosen worden die des werdich sijn, soo dat gheen onwerdighe oft onbequame daertoe genomen en worden, welcke jonghes alsdan bij hen gepresenteert sullen worden – myn Eerw. Heere den Abt ende prelaet van Tongerloo inder tyt sijnde, om by syn Eerw. kennisse daer aff te mogen nemen, in soo verre het der selver Eerw. belieft – Ende in soo verre in eenigher tyt plaetse hyer af vaceerde eenighe jonghes in eenighe van den twee dorpen oft parochiën voors. worden bevonden vanden bloede oft maeschap van hen Heer Geraerden donatuer daer toe nut ende bequam sijnde, soo wilt ordineert ende begeert hy Heer Geraert donatuer dat de selve dan (?) [681r] voor andere gepresenteert sullen worden ende de jonghes van sulken ouderdom als voor daer toe by de gheene ende in manieren voors. geeligeert synde, sullen ierst gehouden worden ter schole elck in sijn parochie oft dorpe tweeten die een tot Alphen ende de ander tot Diessen twee jaren lanck daer nae drije jaren lannghe geduerende tot sHartogenbossche oft in eenighe andere plaetsen oft steden daer goede scholen sijn ende daer gheen suspicie en is dat de selve jonghes van eenighe quade oft gereprobeerde leeringhen oft opinien soude mogen worden geinficieert – Ende daer nae noch drije jaeren lanck inde universiteyt van Loven oft in eenighe andere universiteyten nijet befaemt van eenige quade leeringhen ofte heresyen – Ende als de acht jaren van elcken jonghen voors. omgaen sullen syn, soos al byde gheene in elck dorp ende parochye voors. daer toe geeligeert ende genomen worden een ander bequam jongen, die in elck van de plaetsche voors. ter scholen gaen ende studeren sal, soo lang ende soo veel jaren duerende gelijck voors. is ende soo voorts vervolgen ende altyt duerende –
Persoon in schepenakte:
Geraert Creijt  
Geraerden Creijt  
Geraret Creijt  
Geraert van den Broeck  
Godert van Lochtenburch  
Heere den Abt  
Geraert Creijt  
Geraert  
Geraerden  
Datering:
16.6.1566
Pagina:
680-682
Soort akte:
Fundatie
Plaats:
Breda / Alphen / Tongerloo / Diessen / Leuven
Toegangsnummer:
220
Inventarisnummer:
37
Bron:
Beurzenstichtingen
Geografische namen:
 
 
 
 
 
Schepenakte
170 Edele Mogende Heeren
Tot voldoeninge van uwe Ed: Mog: apostille van den 20 july laetstleden bij welcke mij gelast wordt naerder bewijs in te brengen aen ende de beurse gefundeert bij Heer Gerrit de Loijer ende sijn suster, bij acte van haere Ho: Mog: hier annex sub lit [- littera] A ende de collatie der vrienden der fundateuren geconfereert aen Jillis van Couwendael, dient onderdaenighlyck de legale attestatie van Petrus Clausius pastor tot Teeffelen hier neffens gaende sub lit. B voor schepenen van Megen gepasseert, inhoudende dat de voorn. fundatie is eene beurse om opt incomen desselfs te studeren, twelck noeijt op een altaer is gebruijckt, als bij gebreck van studenten, aen wien, alser van de vrienden haer presenteerden, tvoors. incomen noeijt is geweijgert, twelck de voorn. pastor met sijn eijgen exempel confirmeert, twelck oock over een compt met de getuijgenisse van ses van de gequalificeerste regenten ende inwoonders van Os, sub lit. C die uitdruckelijck verclaerden dat het voors. incomen altijdt, soo verre haer gedencken mach, tot de studien is gebruijckt geweest; hier compt nog bij eene peremptoire getuijgenisse van Jeuwen [of Ieuwen] Lamberts, gewesene capelaen tot Os, oudt 90 jaeren, verclaerende dat de voors. fundatie is eene beurse ende dat op ’t incomen desselfs bij de vrienden der fundateuren altijdt is gestudeert geweest, gevende voor redenen van welwetentheit, dat eenen Dirck de Clingh talder eerst op deselve acht jaren langh tot Colen heeft gestudeert ende soo voorts onder de vrienden der fundateuren is gebruijckt, twelck hij de pon….verclaert wel te weten, alsoo de fundateuren sijn geweest de oom ende moeije van dyn moeder, welcke attestatie hier neffens gaet sub lit. D – Ende en can het abusyff overbrenghen, misschien byden rhentmr. Pieter Schuijl geallegeert dese verclaeringhen niet prejudicieren, naerdemael de gebruijckers door onkennisse lichtelijck allodiale goederen voor geestelijcke goederen aenbrenghen,
Vervolg:
en soo nieuwe kennisse tusschen beursen off beneficien [die oock vicarijen genoemt worden] tot de studien en tot missen niet en hebbe – oock is nu de attestatie vanden voors. Pastor Petrus Clausius voor desen donckerder (?) geproduceert, verclaert, seggende dat het inkomen der voorn. fundatie, in sijne attestatie gespecificeert, op ’t altaer van St.Severus en Andries noeijt anders is gebruijckt als wanneer der geene studenten waren van den bloeden der testateuren, uit welcke alle blijct dat Gillis van Couwendael tvolcomen incomen der voors. fundatie volgens de last van de Ho: Mo: van mijn als ontfanger der beursen onder reverentie behoort uitgereijckt te worden, verhopende dat hier door Uwe Ed: …. last genoech is geschiet, blijve Edele Mogende Heeren Uwe Ed: Mo: onderdaenighe dienaer Florentius Schuijl.
Persoon in schepenakte:
Gerrit de Loijer  
Pastor Petrus Clausius  
Jillis van Couwendael  
Dirck de Clingh  
Gillis van Couwendael  
Petrus Clausius  
Pieter Schuijl  
Uwe Ed  
Florentius Schuijl  
Datering:
1602
Pagina:
602-611
Soort akte:
Fundatie
Plaats:
Asten / Teeffelen / Megen / Keulen
Toegangsnummer:
220
Inventarisnummer:
37
Bron:
Beurzenstichtingen
Geografische namen:
 
 
 
 
 
Schepenakte
165 Op de linkerpagina een losse notitie: in seecker geschreven boek berustende onder d’Heer Professor Florentius Schuijlius ontvanger generael der beursen getuijge ick ondergeschreven in ’s-Hertogenbkosch residerende Abraham van der Aa [notaris?];
Op de rechterpagina: Ick onderges. attestere midts desen gesien te hebben dat Heer Peter Jacob Gheenen presbiter ende rector van de fundatie gefundeert opden autaer genaempt van St.Severus ende Andries int jaer 1620 heeft dienst gedaen ende gecelebreert ende dat ick int selve jaer cappellaen van de vrijheijt ende parochie van Oss was, datum Teeffelen den 23e augustus anno 1657 ende was ondertekent Petrus Clausius Astensius [uit Asten] pastoor in Teeffelen anno estatis …. 61 pasto 37; de goederen vier mergen lants den Hongercamp teijnen den Grooten metten guebell [dubieus] iij mergen lants opden Cleijnen Paelacker eenen hoff groot 7 à 8 vaetsaet bijden Rushoevel datum Teeffelen den 23 augusti anno 1657 ende was ondertekent Petrus Clausius Astensis pastor in Teeffelen anno estatis 61 post 37 – collata concordat quod attestor L. van Duersen notarius.
Persoon in schepenakte:
Professor Florentius Schuijlius  
Peter Jacob Gheenen  
Petrus Clausius Astensius  
Petrus Clausius Astensis  
Abraham van der Aa  
L. van Duersen  
Datering:
23.8.1657
Pagina:
597
Soort akte:
Fundatie
Plaats:
Oss / 's-Hertogenbosch / Asten / Teeffelen
Toegangsnummer:
220
Inventarisnummer:
37
Bron:
Beurzenstichtingen
Geografische namen: