skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hualp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Lisette Kuijper
Lisette Kuijper Bhic
Menu
sluit
Hualp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Lisette Kuijper
Lisette Kuijper Bhic

Over de opvolging van een burgemeester

Eind 1839 moest Erp op zoek naar een nieuwe burgemeester. Johannes Hoogaars vroeg en kreeg eervol ontslag vanwege zijn hoge leeftijd en “ongesteldheden”. Hij deelde dit mee aan districtscommissaris Wesselman, die zich er nogal aan stoorde dat Hoogaars meteen een kandidaat voordroeg voor zijn opvolging.

Carel Frederik Wesselman (1780-1851), districtscommissarisWillem van den Bergh zou wat Hoogaars betreft de meest geschikte kandidaat zijn voor de post. Ook pastoor Petrus van der Sanden kwam bij Wesselman langs om Willem aan te bevelen, een man die Wesselman helemaal onbekend was. De pastoor zei dat het moeilijk zou zijn een evenknie in Noord-Brabant te vinden, zo goed zou deze Willem zijn als het ging om knapheid, geschiktheid, ijver, algemeen geachtheid en bemindheid in het dorp. De pastoor had hem om die reden al tot kerkmeester benoemd.

Wesselman antwoordde dat beide assessors (wethouders) in aanmerking kwamen en in zijn brief aan de Gouverneur waarin hij de kandidaten besprak, schreef hij, dat hij niet graag zag dat geestelijken - van welke gezindheid dan ook  - zich bemoeiden met burgerlijke zaken. Wesselman was dus duidelijk een voorstander van de scheiding van kerk en staat, hoogst ongebruikelijk in Brabant.

De pastoor vroeg nog wel of Wesselman Willem wilde ontvangen, dan stuurde hij Van den Bergh langs. Wesselman gaf toe en twee dagen later kwam Willem zich voorstellen, samen met zwager en assessor Willem van Lieshout. Tijdens dit gesprek herinnerde de districtscommissaris Van den Bergh eraan dat hij in 1829 was benoemd tot raadslid en dat hij die post aanvaard had, maar nooit ter raadsvergadering had willen verschijnen. Daarover was meerdere keren geklaagd door de overige raadsleden. Willem antwoordde dat hij weliswaar was aangesteld, maar nooit in functie was getreden, omdat zijn schoonmoeder hem dat had verboden!

Volgens Wesselman had hij dan moeten weigeren, zodat een ander in zijn plaats had kunnen treden. Willem had dit willen doen, maar de toenmalige burgemeester Van de Werk had hem dat afgeraden, zeggende dat zijn schoonmoeder wel van gedachten zou veranderen. Dat was echter niet gebeurd. Waarop Wesselman hem de vraag stelde of aan iemand, die zich op zijn leeftijd door een oud wijf liet regeren, wel het bestuur van een grote gemeente van 2.000 zielen kon worden toevertrouwd. Met de term “oud wijf” doelde hij op Willems schoonmoeder Geertruij Kerkhof-Schepers. Tja, Wesselman kon soms weinig subtiel uit de hoek komen.

Hij raadde Willem aan naar de Gouverneur te gaan, waarop Willem hem vroeg een aanbevelingsbrief te schrijven, wat Wesselman weigerde. Toch erkende Wesselman een goede indruk van Van den Bergh te hebben gekregen: hij was vrij goed, zeer zacht en niet ongeschikt. Maar eerder al had hij beide assessors van Erp voorgedragen ter vervanging van Hoogaars en in het bijzonder Willem van den Biggelaar was een topkandidaat, vond Wesselman. Van den Biggelaar, grootgrondbezitter, had een gezond verstand en was op de hoogte van het beheer van de gemeente.

Een andere sollicitant voor het burgemeesterschap was Conradus Woldringh. Deze kandidaat viel bij de Gouverneur af, omdat hij veronderstelde dat Woldringh zijn ambt zou willen gebruiken ter bevordering van zijn praktijk - hij was sinds kort notaris in Erp.

Een probleem voor sollicitant Van den Bergh was dat zijn zwager Van Lieshout assessor was. De vrouw van Willem van Lieshout was de halfzuster van Willem van den Bergh, dus beide Willemen waren zwagers en dat mocht volgens de wet niet. Doch Van Lieshout was bereid af te zien van zijn functie als assessor als de koning Van den Bergh zou benoemen. Aldus geschiedde en Willem van den Bergh werd de nieuwe burgemeester van Erp.

Bron:
BHIC, Toegangsnummer 17, Inventarisnummer 942.

Reageer op dit verhaal

Heb je al een account? Log in met je gegevens.

Heb je nog geen account? Plaats zonder inloggen, of Registreer een account

Help spam voorkomen en los de volgende som op:
Geef mij een andere som.

Lees ook deze verhalen