
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
De "Graafse baan" werd een met kinderkopjes verharde route, die dus voortaan gedurende alle seizoenen kon worden bereden. De nieuwe rijksweg liep langs Heesch, en liet, zeer tot teleurstelling van Oss, die stad links liggen.
Dus was er Oss veel aan gelegen om de kortste verbinding met de rijksweg, de weg naar Heesch, te verbeteren. In die tijd was dat een zandweg, hopeloos dus in het natte seizoen. Beide gemeenten zochten elkaar op en in 1848 hadden ze een plan gereed: de 3.784 meter lange weg zou worden verhoogd en begrind. De kosten waren 13.950 gulden, waarvan de provincie 4.650 gulden zou bijdragen. Het overblijvende bedrag en de onderhoudskosten kwamen voor 2/3 voor rekening van Oss en voor 1/3 van Heesch.
Omdat deze bedragen zwaar drukten op de gemeentebegroting, werd besloten deze last af te wentelen op de gebruiker van de weg: tolheffing dus. Er kwamen twee tolhuizen: een onder Oss, op de plaats waar later de marechausse-kazerne zou komen, en een bij het kruispunt in Heesch. De opbrengsten zouden telkens twee jaar ten goede komen aan Oss en het derde jaar aan Heesch.
![]() |
![]() |
|
Het kruispunt in 1936 | Dezelfde plek in december 2006 |
Overigens nam Oss in 1857 het onderhoud van de gehele weg inclusief beide tollen over van Heesch, dat blij was ervan af te zijn. In 1873 schafte de provincie alle tollen af.
De toltarievenlijst van 1848 geeft een mooie indruk van het soort verkeer dat toen passeerde: Fietsen waren er (nog) niet bij en voetgangers hoefden niet te betalen. De lijst begint met een bespannen of onbespannen ezel en een hondenkar, waarvoor 1 cent moet worden betaald. Ook een aangelijnd varken moet 1 cent opbrengen. Een gezadeld paard kost het dubbele en een tweewielige kar met paard 3 cent. Heeft de kar vier wielen, dan loopt het toltarief op tot 6 cent.