
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Die orde kwam oorspronkelijk uit Italië. In het midden van de twaalfde eeuw woonde er een zekere Willem als kluizenaar in een woest dal in het Italiaanse Toscane. Hij werd dan ook Willem van Malavalle (letterlijk “slecht of ontoegankelijjk dal”) genoemd. Hij stierf in 1157 en een groepje gelijkgestemde mannen zette zijn levenswijze voort. Deze monniken werden Wilhelmieten genoemd, naar hun voorganger, die al snel na zijn dood heilig was verklaard.
De nieuwe kloosterorde breidde zich langzaam over West-Europa uit. In 1244/45 sloot ook het klooster Porta Coeli (“Hemelpoort”) in de buurt van ’s-Hertogenbosch zich bij de Wilhelmieten aan. Het klooster bestond al sinds 1205 en was waarschijnlijk opgericht door een zekere Winand van Basel.
De kloosterlingen woonden op een donk in het laaggelegen gebied tussen de stad en Den Dungen. Vandaar dat het klooster later de naam Baseldonk kreeg. Naar Winand van Basel werden de Wilhelmieter monniken van Porta Coeli ook wel Baselaars genoemd.
Winand van Basel zou zijn Bossche klooster onder anderen met enkele van de kluizenaars uit Vinkel hebben bevolkt. Maar ze verhuisden niet allemaal naar het klooster Baseldonk. In 1298 lezen we dat de Vinkelse kluizenaars inmiddels wel een echt huis hebben: “den huyse der broederen der ordine van Sinte Willem, gelegen ter plaetsen Hulsdonck in Vinckel”.
De band tussen de Vinkelse kluizenaars en Baseldonk was echter wel sterk: nog in de periode 1340-1450 hadden de Bossche Wilhelmieten in Vinkel grote stukken land en een paar boerenhoeven in gebruik. Op kaarten uit de zeventiende en achttiende eeuw staan ze onder Vinkel vermeld als de ‘Fratershoeven’.