Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Dan weer hadden de Spanjaarden het hier voor het zeggen, dan weer de Staatse opstandelingen. Beide legers bestonden hoofdzakelijk uit huurlingen die uit heel Europa kwamen. Zij verhuurden zich aan de generaals die het meest betaalden. Nu kwam het regelmatig voor dat zij geen of weinig soldij kregen. Om toch in hun onderhoud te voorzien trokken zij er regelmatig op uit om te plunderen. Zowel de Spaanse als de Staatse troepen bezondigden zich hieraan. Het kwam zelfs voor dat de generaals de soldij bewust niet uitbetaalden en de arme plattelands bevolking hiervoor lieten opdraaien door hun soldaten te laten plunderen. Dat deden zij dan meestal in het gebied tussen Breda en Bergen op Zoom. In de ommuurde steden Breda en Bergen op Zoom waren de burgers veilig in tegenstelling tot in de dorpen. Veel welgestelde inwoners van Etten en Leur zochten dan ook een veilig heenkomen naar Breda. Wel stond de Spaanse overheerser het toe dat de gemeente belasting over hun verlaten bezittingen mocht heffen.[2]
Hoewel de inwoners van Etten en Leur in die tijd een belasting aan de Spanjaarden moesten betalen voor bescherming, werden zij regelmatig geplunderd door zowel Spaanse als Staatse soldaten. En als zij niet werden geplunderd dan werden ze vaak nog opgezadeld met inkwartiering. Daarbij werden vee, paarden en wagens vaak in beslag genomen. In de ergste gevallen werden zelfs vrouwen en jonge meisjes verkracht.
In 1581 veroverde de hertog van Parma het Land van Breda en bezette de stad. De Staatsen zaten in die tijd in Bergen op Zoom. In 1583 werd het dorp Sprundel, dat tot de Vrijheid Etten behoorde, door Staatse troepen onder leiding van de Franse Maarschalk Biron geplunderd en platgebrand.[3] Na de plundering verlieten alle inwoners het dorp en pastoor Joost van Helmont vluchtte met toestemming van de abdij naar het kasteel van Etten. En hoewel de Vrijheid voor hun bescherming belasting aan de Spanjaarden in Breda moest betalen staken deze geen vinger uit.
In Etten hadden de bewoners een manier gevonden om hun bezittingen veilig te stellen voor plunderaars. Zij gebruikten de grote kerk als vluchtplaats. Ook voor soldaten gold dat kerken in die tijd een vrijplaats waren voor vluchtelingen.
In de nacht van 10 op 11 november 1584 sloeg in Etten en Leur echter het noodlot toe.[4]
Staatse troepen onder leiding van kapitein Van Hemert uit Bergen op Zoom sloegen aan het muiten. Vrijwel alle huizen in Etten werden eerst geplunderd en daarna in brand gestoken. De inwoners die naar de kerk gevlucht waren met de gedachte hier veilig te zijn, kwamen bedrogen uit. De kerk die altijd gespaard was gebleven, moest er deze keer wel aan geloven en werd in brand gestoken. De kap van de kerk ging in vlammen op, zelfs de toren stond in brand. De hitte was zo groot dat de klokken naar beneden stortten en smolten en alle ruiten sprongen. Alleen de muren bleven overeind. De bewoners waren inmiddels de kerk ontvlucht, waarheen is niet bekend, in ieder geval niet naar de Leur. Want na Etten was dit dorp aan de beurt. Na ook hier de huizen geplunderd en in brand gestoken te hebben, staken zij de uit 1460 daterende kapel, welke toegewijd was aan Onze Lieve Vrouw, in brand. In 1615 bouwden de Hervormden op deze plaats het huidige trouwkerkje.
Niet alleen Etten en Leur hadden veel te lijden onder het oorlogsgeweld. Alle dorpen tussen Breda en Bergen op Zoom hadden er last van. Bij de vrede van Munster in 1648 keerde de rust pas terug.
[1] Buijks, H.G.J., Ettenaren rondom hun kerk, Wederwaardigheden van een oude parochie in West-Brabant: Sint-Lambertus te Etten ca. 1250-1877. Etten-Leur voorjaar 1965, p. 26-30.
[2] Huisinga, Inge en Wols, Rien, De oude kerk te Etten, Van kerk tot raadzaal, Zutphen 1986, p. 22.
[3] Website gemeente Rucphen, geraadpleegd 10 december 2010.
[4] Vroom, Wim, Waar de klokken luid(d)en,…., De klokken van Etten-Leur, in: d’Huskes 30, Etten-Leur, zjr (2000), p.13. En Huisinga, Inge en Wols, Rien, p.22.