Thunderjets verongelukt bij Venhorst

In het Amersfoort Dagblad van 29 januari 1953 kwam ik allereerst ‘n artikel tegen met de kop “Thunderjet’ springt in de lucht uit elkaar”. Het artikel gaat als volgt: “BOEKEL - Ten noorden van Venhorst, in deze gemeente, is woensdagmiddag om half vijf een Thunderjet-straaljager, afkomstig van het vliegveld Volkel, in de lucht uit elkaar gesprongen. De piloot, de 22-jarige reserve-vaandrig-vlieger H. Kroezenga uit Gasselternijeveen, kwam om het leven. De wrakstukken van het toestel zijn in een weiland neergestort. De romp van het verongelukte vliegtuig boorde zich enkele meters in de grond. Het ongeluk gebeurde op ’n hoogte van 700 á 800 meter. De brandweer van Boekel bluste de wrakstukken. Later kwam ook ’n aantal militairen van de vliegbasis Volkel assistentie verlenen.”

Nog datzelfde jaar zorgden opnieuw Thunderjets, dit keer van vliegveld Welschap, voor ongelukken, en wederom ook bij Venhorst. Ik citeer het Amersfoort Dagblad van 19 november:

“Mist verrast 12 Thunderjets. (Van onze correspondent) EINDHOVEN. - Voor het vliegveld Welschap bij Eindhoven is het gisteren een ware rampdag geweest. Twee toestellen verongelukten, terwijl drie andere toestellen min of meer ernstig beschadigd werden. Twaalf Thunderjetstraaljagers van de squadrons 314 en 315 waren gistermiddag om drie uur bij gunstig weer voor afzonderlijke oefeningen opgestegen. Terwijl de oefeningen aan de gang waren kwam er ’n dikke mist opzetten, die weldra ieder zicht onmogelijk maakte.

Dit voltrok zich zo snel, dat de twaalf toestellen opdracht kregen naar hun basis terug te keren. Welschap zat toen echter al volkomen dicht. Zes toestellen namen de wijk naar Duitsland waar zij op de vliegvelden van Wahn en Bruggen op normale wijze aan de grond werden gezet. Onder de bemanning van deze toestellen bevond zich ook de commandant van squadron 315, majoor De Smale. Sergeant Willems, die het zevende toestel vloog, slaagde er in zonder ongelukken op Volkel te landen.

De vijf overige toestellen brachten het er minder goed af. Twee toestellen moesten een buiklanding maken, het ene over de Duitse grens, het andere bij het nieuwe Peeldorp Venhorst. Deze landingen, uitgevoerd door de sergeants De Jager en Benneker, verliepen eveneens zonder persoonlijke ongelukken, al werden de toestellen door deze noodlandingen uiteraard beschadigd. Luitenant Van Dijk, de enige die met zijn toestel op Welschap terugkeerde, slaagde er in ’n normale landing uit te voeren. Het toestel schoot echter aan het einde van de uitloop van de baan en stortte neer, waarbij het beschadigd werd. De piloot bleef gelukkig ongedeerd.

Voor de beide overige toestellen, die nog steeds naar een landingsterrein zochten, was de toestand er inmiddels niet op verbeterd. Door benzinegebrek gedwongen besloten luitenant Hogendorf en sergeant Beyen tenslotte hun toestel te verlaten. Ook deze piloten, die zich met hun schietstoel lieten wegschieten, bleven ongedeerd.

De Thunderjets stortten neer bij Wanroy en bij Erp onder de gemeente Veghel. Zij werden volkomen vernield. Eerst hedenmorgen kwamen de opruimingsploegen van Welschap in actie. Zij begaven zich naar de plaatsen waar de verongelukte toestellen liggen. Op het vliegveld was de consternatie uiteraard groot. Het mag een wonder worden genoemd dat noch de noodlandingen noch de neerstortende vliegtuigen andere schade veroorzaakten dan die aan de toestellen zelf, ter wijl bij een en ander niemand werd gewond.

Ook het prachtige boek van Jo van Grinsven (red.), Van woestenij naar Venhorst (Boekel, 2007) besteedt op bladzijde 266-267 aandacht aan deze ongelukken.