Mosse Nel was een beroemdheid in heel Wanroij. Meer dan een halve eeuw lang, vanaf 1920 tot in de jaren zeventig, was zij het vaste gezicht in de bakkerswinkel van Maassen aan de Dorpsstraat.
Qua bekendheid vond ze haar meerdere eigenlijk alleen maar in één ding: de beschuiten die ze verkocht.
De zaak van Maassen is al generaties lang van vader op zoon overgegaan. De stichter was Martinus Maassen, geboren in Oeffelt in 1887. Hij kwam als jongeman naar Wanroij en begon daar een winkel in kruidenierswaren en manufacturen. Maar met de krappe duizend inwoners van toen was dat niet voldoende. Daarom was hij ook leidekker en klompenmaker.
Zijn zoon, Herman Maassen – in Wanroij bekend als Mosse Maan – ging naar Nijmegen om het bakkersvak te leren. Hij maakte van beschuit bakken zijn specialiteit. Het oude bakkershuis werd in 1932 gesloopt en in 1933 kwam het nieuwe pand klaar. Hermans beschuit werd op een gegeven moment in meer dan tachtig winkels in het Land van Cuijk verkocht.
Zoon Bernard volgde Mosse Maan niet alleen op in de bakkerij, maar zette ook de beschuittraditie van zijn vader voort: de Mosse oftewel Wanroijse beschuit werd een specialiteit van de bakkerij en een begrip in de regio.
In het begin van de zeventiger jaren werd de concurrentie van de fabrieksbeschuit echter zo groot dat er een eind kwam aan het ambachtelijk beschuitbakken. De nadruk kwam te liggen op brood en banket. Na een opleiding aan de middelbare detailhandelsschool nam zoon Bernard als vijfde generatie de zaak van zijn vader over. In 1977 werd de bakkerij gemoderniseerd en kwam er een aparte hoek met banketbakkerij.
Qua bekendheid vond ze haar meerdere eigenlijk alleen maar in één ding: de beschuiten die ze verkocht.
