skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hualp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Mariët Bruggeman
Mariët Bruggeman Bhic
Menu
sluit
Hualp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Mariët Bruggeman
Mariët Bruggeman Bhic

Overwerk voor 14 cent per uur

Henk Buijks
Henk Buijks Bhic
vertelde op 13 maart 2017
bijgewerkt op 21 februari 2017
Na 1870 gaat het snel met de industrialisatie van Oss. Dat komt mede door de aanwezigheid van goedkope arbeidskrachten in de regio: kleine boeren die nauwelijks kunnen rondkomen. De landbouwcrisis van 1880 verergert hun situatie nog. Gelukkig bieden de Osse fabrieken kansen om bij te verdienen.

De foto: slachterij bij Hartog in 1916. Foto komt uit de Collectie BHIC.Een ongeschoolde arbeider in de exportslagerijen van Hartog en Zwanenberg krijgt in de jaren vóór de Eerste Wereldoorlog ƒ 1,50 tot ƒ 1,75 per dag. Overwerk brengt 14 cent per uur op. Veel boeren kiezen ervoor om ’s nachts in de fabriek te werken, zodat er overdag tijd is voor de boerderijklussen. Van een rechtspositie is geen sprake en de werkgevers stellen de arbeidstijden vast. Ook worden de loonzakjes zonder specificatie uitgereikt.

“Ge krijgt wat oe toekomt!”

Wie toch informeert naar het loon waarop hij recht meent te hebben, krijgt van de kassier te horen: “Ge krijgt wat oe toekomt!” Vakbonden zijn er aanvankelijk niet: de Werkliedenvereniging St. Joseph is vooral een lokaal ziekenfonds. En de in 1913 opgerichte Osse afdeling van de R.K. Slagersgezellenbond St. Joris durft zich niet strijdbaar op te stellen. Dat blijkt, wanneer begin februari 1914 bij Zwanenberg een staking uitbreekt. 

Op maandag 2 februari leggen 80 werklieden bij Zwanenberg het werk neer, nadat hun eis tot gelijktrekking van de daglonen van de vaste en losse medewerkers (ƒ 1,75 en ƒ 1,65) is afgewezen. Uit solidariteit staken 130 arbeiders bij Hartog mee. ’s Avonds trekken de stakers zingend door de straten van Oss. De krant “De Stad Oss” spreekt er schande van en roept de losse arbeiders, “meestal jongelui”, op weer aan het werk te gaan. Want doorstaken betekent volgens de krant dat de getrouwde vaste arbeiders straks zonder loonzakje thuiskomen. Op 3 februari komen twee afgevaardigden van het hoofdbestuur van de R.K. Slagersbond uit Den Haag over voor overleg met de stakers.

Chaos

De bijeenkomst loopt uit op een chaos. De Hagenaars moeten via een nooduitgang de zaal verlaten en vluchten met een inderhaast besteld rijtuig naar het station. De stakers trekken naar Heesch, waar ze in een schuur een ontmoeting hebben met socialisten. Het blijkt een laatste oprisping te zijn, want twee dagen later wordt de staking beëindigd. De losse medewerkers mogen pas in de loop van de volgende week weer aan de slag, maar krijgen er geen cent bij. Wel is een vaste aanstelling later mogelijk.

Dit verhaal verscheen eerder in Brabants Dagblad

Reageer op dit verhaal

Heb je al een account? Log in met je gegevens.

Heb je nog geen account? Plaats zonder inloggen, of Registreer een account

Help spam voorkomen en los de volgende som op:
Geef mij een andere som.

Lees ook deze verhalen